Naar inhoud springen

R.K. Dagblad Het Huisgezin/Jaargang 45/Nummer 7299/Inhoud van Tijdschriften

Uit Wikisource
Inhoud van Tijdschriften
Auteur(s) F.O.
Datum Maandag 16 februari 1914
Titel Inhoud van Tijdschriften
Krant R.K. Dagblad Het Huisgezin
Jg, nr 45, 7299
Editie, pg [Dag], [2]
Brontaal Nederlands
Bron delpher.nl
Auteursrecht Publiek domein

Inhoud van Tijdschriften.

      De Volksmissionaris 14 Februari 1914. XXXV Jaargang Aflevering 3.
      TEKST. Onsterfelijkheid en eeuwig leven. — „Onze Mijnstreek“. — Van valsche profeten. — Doel der liturgische Beweging. — Neem en lees. — Diep treurig! „Voor geen geld van de wereld“. — Aan een onbekende juffrouw. — Bioscoop-manie. — Gemengde huwelijken. — De „Gioconda“. — Een retraitenhuis.) — Ontwerp van een kleinen roman om een grooten roman. (verhaal). — De H. Gerardus en het kruis. (Poezie.) — De H. Gerardus. — Neerlands Heiligen in beeld. De H. Lidwina. — Missie in Brazilië. — Brief van den zeereerw. Pater A. Mathijsen.
      PLATEN. Ecce Homo (kleurendruk) naar W. Geraerdts. — Christus door Pilatus aan het volk vertoond, naar A. Ciseri. — De barmhartige Samaritaan, naar A. Windhausen. — Lidwinavoorstellingen, naar Dunselman.


Sobriëtas, Februari afl. 1914.

      „Naar Rome!“ Als een trompetstoot klinkt deze oproep van Sobriëtas. Ja, de begeesterende toon eener trompet, mooi, levenswarm, recht uit de ziel. Op dit geluid zal menig nazaat van het Nederlandsehe Zouavengeslacht zich met geesdrift in ‘t gelid zetten, bij het pelgrimslegertje, dat volgens de officieele aankondiging van het Sobriëtasbestuur, in de Aprilmaand optrekt naar Rome.
      J. P. van Kasteren S.J., die ook in zijn drankbestrijdingsartikelen nooit zijn klare logica en schriftuurlijken eenvoud verloochent, zet in een artikel „Tweeërlei Matigheid“, nog eens overtuigend uiteen, dat de geheelonthouding heelemaal niet buiten het begrip matigheid valt. Het zou ook al te onnoozel zijn. Bijzonder belangwekkend is zijn beschouwing over de bekende Paulinische teksten, die nog al eens averechts en met heel matige kennis aan tekstverklaring in het matigheidsdebat worden gebracht.
      „Eene prachtige volkszanguitvoering“ door L. Simonis, is een prettige beschrijving van hetgeen de schrijver in het Vlaanderenland zag, een uitvoering van populaire volksliederen door woord en voorstelling. Dien zang in actie beveelt Dr. Ariëns ook onze Kruisverbonden en M. V. ter navolging aan.
      M. Verhaak geeft in „Machteloos?“ een frisch geschreven maar donker gekleurde schets van ’t bier-alcoholisme in Zeeuwsch-Vlaanderen. Gelukkig zet de schrijver een vraagteeken achter den somberen titel en is zijn antwoord niet hopeloos.
      P. Ildefonsus geeft blijstemmende mededeelingen over de jonge, maar wakker groeiende organisatie der R.K. Spoor-en en Tramweggeheelonthouders.
      In „Succes“ beschouwt H. Frenay, Hr. de opbrengsten der verschillende accijnzen. De vele cijfers schrikken niemand af, deze klare en bemoedigende beschouwingen met aandacht te lezen.
      „Uit Eigen Kamp“, „Van Elders“ en „Boekennieuws“ geven veel, zeer veel, te veel om in dit korte overzicht te vermelden. Een goed gevuld arsenaal waar keur van wapentuig maar voor ’t grijpen ligt.

F. O.