Naar inhoud springen

Theo van Doesburg/Alphabetische informatie

Uit Wikisource

Alphabetische informatie. Tijdschriften - boeken - artikelen enz.

Auteur [Theo van Doesburg]
Genre(s) Proza
Brontaal Nederlands
Datering 1924
Bron De Stijl. [deel] 2. 1921_1932. Complete Reprint 1968. Amsterdam: Athenaeum, Den Haag: Bert Bakker, Amsterdam: Polak & Van Gennep, 1968, pp. 410-412.
Auteursrecht Publiek domein

[107]

ALPHABETISCHE INFORMATIE

TIJDSCHRIFTEN — BOEKEN — ARTIKELEN ENZ.

« A.B.C. » « Beitrâge zum Bauen ».
Een zakelijk vlugschrift, zonder pretentie.
Goede artikelen van EL. Lissitsky en Stam.


A « Architecture Vivante » onder leiding van Jean Badovici. Edition Morancé Paris, driemaandelijksche uitgave in den vorm van mappen. ’n Veertigtal losse reproducties met tekst. Dank zij de Stijlpropaganda te Parijs, kreeg dit tijdschrift een klimmend modern karakter.
Het winternummer bracht bijdragen van Berlage (een zwakke voordracht-peper-en zout) een zeer dor artikel van Loos, een kist van Corbusier, van Eesteren’s werk, voor de Prix de Rome (hem door hollandsche stupiditeit voor het tweede jaar ontzegd) en gevel-architecturen van Sauvage. Het eerstdaagsch verschijnende voorjaarsnummer geeft interessante bijdragen, o. a. van Perret en een klein woonhuis door C. van Eesteren gebouwd. Een gekleurde bijlage van in- en extérieur met een notie over de beteekenis van de kleur in de nieuwe architectuur, door van Doesburg.
Het winternummer, geredigeerd door den medewerker van Doesburg, zal als stijlalbum verschijnen en een belangrijk deel, van het nieuwe materiaal bevatten. Vele réproducties in kleur. Artikelen van Badovici, van Doesburg, van Doesburg- van Eesteren en Piet Mondrian. Door de langdurige voorbereiding van dit stijlnummer werd de verschijning van « De Stijl » zeer vertraagd. De zevende jaargang van « De Stijl » zal als driemaandelijksch tijdschrift, in verschillende talen verschijnen. —
Voor het Stijlnummer van « L Architecture Vivante », dat in een groote oplaag verspreid wordt, worden vanaf heden bestellingen bij de administratie van « DE STIJL aangenomen. (Utr. Jaagpad 17. Leiden). De prijs bedraagt voor Holland : fr. 80.— (= × fl. 10.—).

107


[108]

« Aurora » Il movimento futurista. Guiliano. Anno II No 3.1924. Aurora ! Dat is de titel.
De inhoud brengt ons het wijsje te binnen :
          Aurora goot haar zilv’ren gloed
          In ’t kil vertrek in ’t rond
          waarin een moeder sprakeloos
          bij ’t lijk van ’t ... futurisme stond.
Dezelfde tergende, passeïstische houtsnêedjes als in Sturm en Overzicht, die onder den schijn van « modern » « middeneeuwsche procédés en chauvinistische kunstpolitiek fokken. Weg er mêe. Assez, assez !


B « Bauten » (Walter Gropius mit Adolf Meyer) Bauhausverlag. Weimar. « Anthologie in chronologische volgorde der bouwwerken der beide architecten in samenwerking tot stand gebracht. Men bemerkt, na de frische bouwwerken vóór 1919, de décoratieve afdwaling door de idée-fixe van het handwerk en de « Bauhütte » en daarna, met het Jenathéater den onverhulden Stijl-invloed. Ten goede- maar ook ten kwade.
Waar liet « DE STIJL » niet zijn sporen na ? Maar waar niet ten kwade ? En wat is de oorzaak ? 1o dat deze invloed secundair is en bewerkt wordt door hen, die aan de oorspronkelijke idee vijandig, den uiterlijken vorm overnemen, zonder den geest te kennen en zoodoende een kwadratisch barok, systematisch, kweeken (het geval « Rotterdamsche academie », Jongert-Zwart) ;
2o dat het niet aangaat het uiterlijke van het nieuwe als recept te gebruiken om zoodoende décoratieve of toegepaste kunsten te maken (’t geval Huszar in Berlijn, Peeters in België enz.). Polen, Tjechoslowakije, België, bijna geen land uitgezonderd, staat onder de hypnose van het kwadraat, zonder wezenlijk bewustzijn van het nieuwe en het zal nog wel een vijftigtal jaren duren, voor een nieuwe generatie, gedreven door een nieuw beeldingsbesef, het elementaire middel zal weten te hanteeren.

108


[109]

« Blok » (Warschau) no 1 en 2. Kardaat in opzet. Volgens de illustraties : invloed van alle moderne richtingen van « Rousseau » tot « de Stijl ». Hilberheimers’ « Sky-Scraper »—Gestaltung, niet aux serieux te nemen. In nummer 2 tank-machinisme. Artikel van Malevitch.

« Bouwen » Redacteuren: Ir. G. Friedhoff. Ir. M. C. A. Meischke en W. Verschoor. Intressante notities als « Nieuwe toepassingen van rubber ». Artikelen van v. d. Steur ! Pakhuisstudie. Ontwerp : G. L. van Straaten. Bij het verschijnen van nieuwe architectuur tijdschriften geldt als « leitmotiv » steeds de verontschuldiging : « Hm, zuiver technisch- commercieel- informaties- advertenties enz... »
« Bouwen » maakt daarop een uitzondering het is gewijd aan de belangen van het bouwvak. Schön. Hoe zou toch wel een tijdschrift ter bevordering van architectuur er uitzien ?

« Bouwkundig weekblad ». No 8-21. Dr Ad. Behne schrijft over Rusland in no 8. Wat in het Westen over een nieuw beeldend Rusland gezegd is, blijkt wel op bluf te berusten. Ook hier is de architectuur op de Schilderkunst ten achter.
In « Stil und Stahl » zegt Selinsky: « Baut Bewegung. » Hij heeft goed praten, met de pen zijn de architecten toch helden! Ondertusschen zou een beetje gebeelde rust ons reeds welkom zijn! In no 9 schrijft den architect J. J. P. Oud over « Vers une architecture » van Corbusier-Saugnier. Vindt hierbij gelegenheid in een voor- en omzichtigen journalistieken stijl zonder tempo, een landelijke standaard-architectuur te verdedigen, aan de hand van pennekrasjes, impressionistische teekeningetjes van pittoreske Corbusierinterieurs, zooals we die voor 20 jaat met hetzelfde wenteltrapje en hetzelfde aantal zuiltjes in « The Studio » (thans « L’Esprit Nouveau ») bewonderden. Het ideologisch gedeelte van Corbusier’s boek (verzamelde artikelen uit « L’Esprit Nouveau ») staat ten achter bij wat

109


[110]

architecten als van ’t Hoff, Wils, Oud zelf en andere medewerkers in « De Stijl » (1917-1918) verkondigden.
Vanwaar dus die frischheid ? en dat bij denkbeelden, die reeds weer verdaagd zijn ! Wyndham Lewis uitroep in de woestijn: Londen:

« Architects where is your Vortex ! »

is nog altijd van kracht.
In no 12 « Amerikaansche indrukken van Lönberg Holm, door C. van Eesteren. Nu het Expressionisme in Duitschland, wel even zeker dood is, als het kubisme in Frankrijk, doet dit eerste in Holland zijn intocht en nog wel met een « Philipsstand » van Wijdeveld (in no 18).

« Bouwwereld » No 9-19. —
In no 9, Bruno Taut over de kleur in de architectuur » Weg met het grauw » — met ’n air of zijn prullige décoratieve smeerderij met het probleem van de kleur in de architectuur (reeds in 1914 door v/d Leck aangevat !) iets te doen heeft! Wat meer kunstchauvinisme zou Holland geen kwaad doen! Een beetje meer « Hollaud, Holland über alles! zou misschien wat erkenning van zijn landgenoten ten goede komen. (Hierop kom ik terug. D).
Rymann is er in geslaagd, met behulp van de moderne techniek, kleurstoffen op boomen in te enten. In deze richting is nog veel te ontdekken, wanneer de behoefte aan gedenaturaliseerd materiaal van eigen kleur, grooter wordt.

« Bollettino bibliografico ».

Una curiosa statistica è stata fatta sulla produzione libraria del 1921-22. Ecco i risultati annunziati dalla Bibliographie de la France, che presenta il numero complessivo delle pubblicazioni edite nei vari paesi negli anni:

110


[111]

  1921 1922    
Germania 34.252 35.859 + 1607
Danimarca 3.673 3.419 254
Spagna 1.194 1.267 + 73
Stati Uniti 8.329 8.638 + 309
Francia 7.683 9.432 + 1749
Inghilterra 11.026 10.842 184
Ungheria 4.284 3.857 427
Italia 6.293 6.336 + 43
Lussemburgo 92 91 1
Norvegia 1.033 1.061 + 28
Paesi Bassi (Brinkmann) 3.828 4.169 + 341
Paesi Bassi (Nieuwsbad) 3.742 4.237 + 495
Svizzera 1.332 1.419 + 87
Ceco Slovacchia 5.383 4.663 1275

« Bulletin de l’Amicale de l’Ecole Speciale de l’Architecture » (Janvier-Février 1924). Staat in het teeken van de kroonlijst en de « L’Architecture gaie ».

« Bulletin de l’Effort Moderne » (No 1 tot 5. Directeur Léonce Rosenberg) Nauwgezette documentatie in reproducties en artikelen van den dood van het kubisme, ondanks uitspraken als : le cubisme n’est pas fini, en ’s humanisant, il tient «La promesse». In no 1 (van Metzinger). Wat eerst voor de struggle for life als compromis gemaakt werd, wordt nu als de vervulling der cubistische belofte gelanceerd.
Alle, zonder uitzondering (Picasso-Metzinger- Braque, Léger, Herbin, Survage etc.) vervullen de cubistische belofte in den vorm van de klassieke sujetten als: « baadster aan het meer » « vrouw met bloemen » « baadster niet aan het meer » enz. Voorts « Bonne Paroles van, Gustave Flaubert, Emerson en Fernand Léger.

« Bytova Kultura » red : Prof. Maskalous, Praag. Rijk geilustreerd informatietijdschrift zonder bepaalde richting.

111


[112]


C « La Cité » (Bruxelles) Richard Aeke navolge van Berlage tot Wils.

« Cimento » (Napels) Vol. no 6. Kitsch-blad.

« Contemporanul » (Bucarest) 3e jrg, no 45-46. Activistisch kunstmanifest in no 46.

« Création » Dir. V. Huidobro. Février 1924. Uitmuntend literatuurmanifest van Huidobro !
« Peu importe que la créateure soit fille ou garçon, ou qu’elle
« soit avocat, ingénieur ou biologue, pourvu qu’elle soit.
« Ça vit et ça trouble, même en restant dans le fond très
« calme. Ce n’est peut-être pas le poème habituel, mais il
« est quand-même.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
« L’amour ou le refus n’ont aucune importance pour le
« poète vrai, car il sait que le monde chemine de droite
« à gauche et les hommes de gauche à droîte. C’est la loi de l’équilibre...
« Un poème est un poème, tel une orange est une orange
« et pas une pomme.
« Le poète n’imitera plus la nature, car il ne s’accorde pas
« le droit de plagier Dieu.
« Et de toutes les forces humaines, celle qui nous intéresse
« le plus, c’est la force créatrice.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
« Et le grand ennemi du poème est la poésie. »

(Wordt voortgezet.)

[...]

112