Naar inhoud springen

Wetboek van Strafrecht van Suriname (misdrijven betreffende de uitoefening van staatsplichten en staatsrechten)

Uit Wikisource
[ 38 ]

TITEL IV
MISDRIJVEN BETREFFENDE DE UITOEFENING VAN STAATSPLICHTEN EN STAATSRECHTEN

Artikel 161[1]

Hij die door geweld of bedreiging met geweld een vergadering van de Staten uiteenjaagt, tot het nemen of niet nemen van enig besluit dwingt of een lid uit die vergadering verwijdert, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren.

Artikel 162[2]

Hij die door geweld of bedreiging met geweld opzettelijk een lid van de Staten verhindert de vergadering bij te wonen of daarin vrij en onbelemmerd zijn plicht te vervullen, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren.

Artikel 163

Hij die, bij gelegenheid ener krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven verkiezing, door geweld of bedreiging met geweld opzettelijk iemand verhindert zijn kiesrecht vrij en onbelemmerd uit te oefenen, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar.

Artikel 164

Hij die, bij gelegenheid ener krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven verkiezing, door gift of belofte iemand omkoopt om zijn kiesrecht hetzij niet, hetzij op bepaalde wijze uit te oefenen, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of geldboete van ten [ 39 ]hoogste drie honderd gulden.

Dezelfde straf wordt toegepast op de kiezer die zich door gift of belofte tot een of ander laat omkopen.

Artikel 165

Hij die, bij gelegenheid ener krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven verkiezing, enige bedriegelijke handeling pleegt, waardoor de stem van een kiezer van onwaarde wordt of een ander dan de door die kiezer bedoelde persoon wordt aangewezen, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden.

Artikel 166

Hij die opzettelijk zich voor een ander uitgevende, aan een krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven verkiezing deelneemt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar.

Artikel 167

Hij die, bij gelegenheid ener krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven verkiezing, opzettelijk een plaats gehad hebbende stemming verijdelt of enige bedriegelijke handeling pleegt waardoor aan de stemming een andere uitslag wordt gegeven dan door de wettig ingeleverde stembiljetten zou zijn verkregen, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar en zes maanden.

Artikel 168

Bij veroordeling wegens het in artikel 161 omschreven misdrijf, kan ontzetting van de in artikel 46 No. 1-3 vermelde rechten worden uitgesproken.

Bij veroordeling wegens een der in de artikelen 162-167 omschreven misdrijven, kan ontzetting van de in artikel 46 No. 3 vermelde rechten worden uitgesproken.

  1. Gew. bij G.B. 1938 no. 39.
  2. Gew. bij G.B. 1938 no. 39.