De Génestet/Bij een „Fantazie” van den kunstschilder J.A. Kruseman

Uit Wikisource
[ 170 ]
 

BIJ EEN „FANTAZIE” VAN DEN KUNSTSCHILDER J. A. KRUSEMAN



Daar waait een geur van liefde en zegen
  Van hemelzin en levensvreugd,
  Van Jong geloof en blijde jeugd
Van ’s kunstnaars edel doek u tegen:
  En als ge uw blik, nog onverzaad,
Verliefd, verteederd en bewogen,
  Van dit zachtmoedige gelaat
En deze vrome, vroolijke oogen
  Weer in de koude wereld slaat —
Dan voelt ge zooveel zoete smarten,
Alsof gij ’t beste deel uws harten
  Bij ’t lieve beeld uit ’t droomgebied
  Der kunst — voor eeuwig achterliet.

 Op de Tentoonstelling, 1850.