Naar inhoud springen

Gezelle/Aksternesten

Uit Wikisource
Windtocht Laatste verzen (1901) door Guido Gezelle

Aksternesten

Lentegroen
Uitgegeven in Antwerpen — Gent door De Nederlandsche Boekhandel.

[ 105 ]

AKSTERNESTEN.



Nog ijdel staan de boomen, in
de blauwe lucht, en blâren
en zie ‘k ze hebben meer, als of
ze dood en duister waren
voor goed nu. Lang is alles zwart
en zonder zap gebleven,
dat wijleneer zoo groene stond
in ‘t zoete zomerleven.
‘t Is zwart nu al, tot boven in
de hooge abeelensprangen,
daar zwarte en zware bonken in
van aksternesten hangen.
‘t Zijn teekens in de lucht, en wel
bekende hemelbaken,
dat wederom de zonne zit
aan ‘t lieve zomermaken.
[ 106 ]Toch bladerloos is al ‘t geboomte
en, verre heen, in ‘t westen,
in ‘t noorden, ‘t zuiden, ‘t oosten zie ik
alom vol aksternesten
de abeelen staan. - Verdappert uw
bezoek en wilt de bronne
des aksterlevens duiken al
in ‘t groen, o lieve zonne!

MOSCROEN, 27/4 '98.