Gezelle/o Kinders van de locht
Uiterlijk
< Gezelle
← Vol naalden | Tijdkrans door Guido Gezelle | o Eerbiedweerdig hoofd → |
Uitgegeven in Amsterdam door L. J. Veen. |
O KINDERS VAN DE LOCHT
o Kinders van de locht,
gesneeuwde blommigheden;
o sterrenpulver, fijn
gevijlsel van krystaal;
zoo teêr dat, schaars gelijfd,
gij weg zijt en verleden,
zoohaast ik, waar gij valt,
u volge en adem haal
te roekloos! Winterdonst,
die zichtbaar zijt in 't spelen
der zonnekrachten, niets
en evenaart u hier,
't en zij... 'k moet hooger op,
zal ik een beeld u stelen,
'k moet door de wolken heen,
tot in den hemel schier!
gesneeuwde blommigheden;
o sterrenpulver, fijn
gevijlsel van krystaal;
zoo teêr dat, schaars gelijfd,
gij weg zijt en verleden,
zoohaast ik, waar gij valt,
u volge en adem haal
te roekloos! Winterdonst,
die zichtbaar zijt in 't spelen
der zonnekrachten, niets
en evenaart u hier,
't en zij... 'k moet hooger op,
zal ik een beeld u stelen,
'k moet door de wolken heen,
tot in den hemel schier!