Naar inhoud springen

Pagina:Album der Natuur 1854 en 1855.djvu/541

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

— 131 —

ontvangen, is er uit den voorwand een regthoekig vak weggenomen, en daarna voorzien van een deksel, dat aan de binnenzijde met bladtin is beplakt, ten einde dit, bij eene bepaalde stelling, het licht naar de teekening zou kunnen terugkaatsen. Is het deksel gesloten, zoo kan men er doorschijnende photographieën, op glas bewerkt, door waarnemen.

Het zoo eenvoudige werktuig, dat daar beschreven werd, is eene uitvinding van den Engelschen geleerde brewster. De heer logeman noemde dezen ook reeds op bladz. 190 van den 1en jaargang naast dove, als den man, die eene andere inrigting aan den op die plaats beschrevenen spiegel-stereoskoop van wheatstone had gegeven. Deze laatste heeft intusschen iets boven den eersten vooruit, en wel, dat men op de ter wederzijde staande wanden, die men op bladz. 188 in SS en S'S' op den kant ziet, grootere teekeningen of afbeeldingen kan plaatsen dan onder in het kastje van brewster.

Het is waar, de spiegels vergrooten de afbeeldingen niet; maar men kan dit nadeel opheffen, door tusschen OO en SAS', dus dwars voor de verbindingsplaats A der spiegels, een zwart schermpje te zetten, dat van S en S' tot A reikt, en twee openingen heeft, waarin bolle lenzen zijn bevestigd. Door de eenvoudigheid en beknoptheid der inrigting van brewster, die thans voor weinige stuivers is te verkrijgen, zal zij evenwel meer algemeen worden aangewend dan die van wheatstone.

De heer logeman heeft in de door hem gegevene figuur, door afbeelding van den weg, dien de teruggekaatste lichtstralen nemen, duidelijk gemaakt, waarom de beide teekeningen, die in S S en S' S' voor de spiegels worden opgehangen, in het punt L tot één worden, of elkander als het ware bedekken. Iets, dat daarmede geheel overeenkomt, gebeurt bij de lenzen van brewster. Onder elk glas ligt eene teekening, de eene bestemd voor het regter-, de andere voor het linkeroog. Worden zij gelijktijdig waargenomen, zoo bedekken de beide figuren elkander en gaan in één geheel over. Men zie, om zich dit verschijnsel behoorlijk te kunnen verklaren, eerst door de linker- en vervolgens door de regterhelft eener bolle