— 161 —
delijk de beweging, waardoor de vermeerdering aan de boven of hoogst geplaatste zijde, met de vermindering aan den onderrand gelijken tred houdt. Zonder deze voorwaarden zou aan den eenen kant de bovenliggende sneeuwmassa grenzeloos toenemen, en aan den anderen kant zouden de benedendeelen van den gletscher in korten tijd geheel verdwijnen. Alzoo wordt ook in deze oorden hetzelfde evenwigt bewaard, dat de duurzaamheid van den geheelen gang der natuur waarborgt.
Boezemt reeds het zien van een gletscher belangstelling in, te meer wordt dit het geval, wanneer men bedenkt, welk eene gewigtige rol de gletschers in den natuurlijken toestand van het hooge Alpengewest spelen; wanneer men let op de beweging, die aan zulke verschrikkelijke ijsgevaarten eigen is, en in aanmerking neemt, hoeveel een naauwkeurig onderzoek naar den aard der gletschers reeds heeft bijgedragen, om licht te verspreiden over den natuurlijken toestand der Alpen niet alleen, maar ook over de geschiedenis der aarde. Dit verklaart dan ook, waarom in den laatsten tijd aan de nasporing van geen verschijnsel, dat tot de physische geographie behoort, zooveel moeite en vlijt besteed, en zooveel schrifts gewijd is, als aan de gletschers. Mijne taak werd mij derhalve door die menigte, min of meer uitgebreide, geschriften gemakkelijk gemaakt, en men beschouwe bij gevolg al datgeen, wat ik over het gezegde onderwerp wensch te doen volgen, als eene op kleine schaal overgebragte teekening der meest treffende partijen van een uitvoerig uitgewerkt tafereel.
Door den duitschen naam "gletscher," die, naar 't verschillend spraakgebruik der onderscheidene landen vele verandering ondergaat, verstaat men, zooals reeds uit het voorgaande is gebleken, ijsmassa's, die uit het altoos durend sneeuwgebied in de lager gelegen berggewesten afdalen, en door hunne smelting den oorsprong uitmaken van een aantal naar de valeijen vloeijende rivieren. Hoewel wij hier alleen de aandacht hebben bepaald bij de Alpengletschers, spreekt het toch als van zelve, dat zij overal op de hooge gebergten der koude, gematigde en heete luchtstreek voorkomen. In de laatste echter van eene meest onbeduidende grootte. De gletschers