Naar inhoud springen

Pagina:Album der Natuur 1856 en 1857.djvu/428

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
6
NATUURHISTORISCHE SCHETS

sterke mate van ontwikkeling van het algemeen gevoel, waardoor zij ook de luchttrillingen, even als de windrigting en den minsten zoogenoemden "togt", ten duidelijkste en terstond onderscheiden. Bij geen mijner spinnen heb ik dan ook eenig gehoor of "gevoel" voor muziek kunnen ontdekken. Noch door het geluid eener mond-harmonica, noch door dat der piano, zag ik bij haar eenige uitdrukking der waarneming daarvan. Intusschen ontbreekt het niet aan mededeelingen omtrent muziekale spinnen! Die van pélisson kwam dagelijks voor den dag, wanneer er in zijne gevangenis op den doedel-zak werd gespeeld. Grétry nam eene kruisspin waar, die telkens wanneer hij op de piano speelde, daarop kwam zitten, en zich weder verwijderde, zoodra hij met spelen had opgehouden. En bij walckenaer leest men van eene dame, welke bij het bespelen van hare harp, eene spin bespeurde, die aan den zolder, juist boven haar, zat; zij zette zich neder op eene andere plaats, doch ook daar zag zij zich door de spin gevolgd, en dit herhaalde zich verscheidene malen.

De spinnen zijn, gelijk de meeste grootere roofdieren, eenzelvig van aard. Zelfs de beide geslachten leven in den regel afgezonderd. Slechts een paar soorten bewonen hetzelfde web of hetzelfde net. Wel vindt men er soms meerderen in elkanders nabijheid gevestigd; en wanneer men ergens eene huisspin ontmoet, wordt er veelal spoedig daarop ook eene tweede aangetroffen. Men zou kunnen meenen, dat deze een mannetje en wijfje waren, doch dit is slechts zelden het geval. De beide geslachten zijn, buiten den paartijd, niet bijzonder op elkander gesteld. Integendeel, terstond daarna, ziet men de mannetjes met overhaasting de vlugt nemen, uit vrees (en deze is volstrekt niet ongegrond) van door het wijfje te worden gedood. Ook buiten den paartijd geschiedt dit dikwijls. Ik heb herhaaldelijk gepoogd de beide geslachten bij elkander te bewaren, doch zeer dikwijls vond ik, in korten tijd, de mannetjes verslagen. Deze ziet men de wijfjes altijd hoogst behoedzaam naderen, of, wanneer men ze bij elkander bewaart, meestal op eene naar men zegt "respectable distantie" blijven. Slechts van eene enkele soort (de Dolomedes mirabilis) is het bekend, dat zij de zorg voor de eijeren met het wijfje