vleesch des olifants verslinden, doch kon hen wegens de duisternis niet zien, en toen het daglicht aanbrak verwijderden zij zich brullende. Koos kwam nu met den wagen; wij pakten er het skelet op en begaven ons op den terugtogt."
Eene maand later, namelijk den 13den October, kwam hij weder aan het door hem gehuurde huis aan de Mooyerivier, huurde daar nog twee wagens en trok daarmede naar Pietermaritzburg, waar hij den 14den November door zijne vrienden onder de kolonisten met des te grooter vreugde ontvangen werd, omdat zich het gerucht had verbreid, dat hij en delegorgue door het Kaffer-opperhoofd panda vermoord waren.
Hij vertoefde aldaar, zich bezig houdende met het inpakken zijner verzamelingen, tot den 18 December en begaf zich toen over Port Natal naar de Kaapstad, om vandaar de terugreize naar zijn vaderland aan te nemen, dat hij mogt wederzien na eene afwezigheid van 7 jaren en 2 maanden.
In zijnen kamp met de natuur had wahlberg eenen rijken buit veroverd. Van zoogdieren bragt hij 533 stuks mede, waaronder verscheidene groote, 2527 vogels, 480 amphibiën, visschen, meerendeels in wijngeest, een groot aantal skeletten, waaronder één van eenen olifant, twee rhinocerossen, één rivierpaard, twee buffels, 5000 soorten van insekten in een groot getal van exemplaren, eene schoone verzameling van schaaldieren, eindelijk een groot aantal planten. Welligt heeft nog nimmer eenig reizend natuuronderzoeker eenen grooteren schat bijeen gebragt.
Mogten wij hier deze levensschets sluiten! Mogten wij thans nog slechts op wahlberg te wijzen hebben, als rustig neêrgezeten te midden van al die schatten en deze bewerkende ten nutte der wetenschap!
Doch neen, ons blijft nog de taak over ook zijn treurig uiteinde te vermelden.
In de jaren 1851, 1852 en 1853 hield hij zich vooral bezig met de beschrijving der vogels, die hij had medegebragt. Dikwerf klaagde hij echter, dat hij nog veel ononderzocht had gelaten en hield het voor noodzakelijk, eer hij zijn werk over de vogels van