Pagina:Album der Natuur 1858 en 1859.djvu/537

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
9
PLANEET SATURNUS.

op Mercurius ook even zoovele malen sterker zijn dan op aarde. Ook met de warmte zoude dit het geval zijn, indien deze afhankelijk was van de sterkte van het zonnelicht. Er bestaan echter alle redenen om te denken, dat de graad van verwarming niet in gelijke verhouding met de sterkte van het licht klimt, en het is zeer wel mogelijk, dat er ook op Mercurius eene gematigde temperatuur heerscht, waarin wij zouden kunnen leven. Wanneer wij echter van de bewoners van Mercurius spreken, behoeven en moeten wij niet aan wezens denken, die ons menschen in alles gelijken, en die gelijke vermogens en behoeften hebben als wij. Ook onder de redelijke wezens, die 't Heelal bewonen, zal er gewis eene even groote verscheidenheid heerschen, als er hier op aarde onder de redelooze wezens bestaat, en als wij in alle gewrochten der stoffelijke schepping opmerken.

De aantrekkingskracht, die de bol op de ligchamen aan hare oppervlakte uitoefent, is er iets grooter dan op aarde. Een ligchaam, dat bij ons 100 pond weegt zal daar 115 pond wegen. Op den grooten zonnebol zoude dat gewigt niet minder dan 2836 pond bedragen. Mercurius beweegt zich in 24 uren en 5 minuten om hare as. De duur van dag en nacht komt dus nagenoeg met die van de aarde overeen. Daar de planeet echter in 88 dagen om de zon, wentelt, zoo duren de jaargetijden er veel korter dan bij ons namelijk elk slechts 22 dagen. Bovendien is er minder afwisseling in, daar men meent dat de helling der as op hare loopbaan 70 graad bedraagt.

Wij gaan verder en hebben binnen 2 minuten tijds nogmaals de baan van Venus bereikt, maar nu op een punt, in welks nabijheid zij zich juist bevindt. In vele opzigten komt deze planeet met de aarde overeen. Hare grootte is iets minder; zoo ook hare digtheid en eveneens de stoffelijke inhoud. Een ligchaam, dat bij ons, 100 pond weegt, heeft daar een gewigt van 91 pond. Daar Venus zich in 23 uren en 21 minuten om hare as wentelt, zoo zijn de dagen er ruim een half uur korter, en daar haar omloopstijd om de zon 224 van onze dagen bedraagt, zoo is het jaar er alzoo 141 dagen korter. De jaargetijden zijn mede naar evenredigheid korter, en daar de helling der as op het vlak harer baan, volgens sommigen 75° bedraagt, zoo is de afwisseling der jaargetijden er wel schielijker, maar niet zoo groot. Volgens anderen echter zoude