Pagina:Album der Natuur 1858 en 1859.djvu/627

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
99
LICHTBEELDEN.

men, dat den eenmaal ontvangen indruk met juistheid tot in de minste bijzonderheden teruggeeft.

Doch wat spreek ik van reizigers! Heeft niet elk, ook degene, die nimmer zijn vaderland verliet, binnen deszelfs grenzen veel, waarvan hij het beeld zoude wenschen te bewaren? Allen denken wij daarbij aan hen, die door liefde of vriendschap ons dierbaar zijn. Hunne beeldtenis vooral wenschen wij te bezitten, om ons hen nog levendig voor den geest te tooveren, wanneer wij van hen gescheiden zijn, hetzij door hun vertrek naar elders of wel door die laatste groote reis, waarvan niemand wederkeert. De schilderkunst is in staat ons verlangen te bevredigen, doch niet dan ten koste van aanmerkelijke opofferingen, zoowel van de zijde van hem of haar, die zich de vervelende uren der lange zittingen moet laten welgevallen, als van dengenen, die den bekwamen kunstenaar voor zijne moeite en talent beloonen moet. Het laatste vooral is oorzaak, dat slechts weinigen, die door de fortuin boven anderen begunstigd zijn, in het bezit kunnen geraken van welgelijkende portretten, en dat deze steeds betrekkelijk zeldzaam zouden moeten blijven, ten ware er een middel gevonden werd, om op eene zeer weinig kostbare wijze, binnen weinige oogenblikken, die beeldtenis als door de roede eens toovenaars te voorschijn te roepen.

En dat middel is gevonden! Mijne lezers hebben het reeds in hunne gedachten genoemd. Het is de Photographie, de Lichtteekenkunst[1]. Van al de belangrijke uitvindingen, waaraan onze eeuw zoo rijk is, heeft deze welligt de grootste toekomst. Zij is voorzeker niet de minst verwonderlijke. Nog slechts weinige jaren is het geleden, toen de mare zich als een loopend vuur door geheel Europa verbreidde: "een Franschman, daguerre, heeft een middel gevonden om de beelden, die op het scherm der camera obscura ontstaan en tot daartoe vlugtig en voorbijgaande waren als schaduwen, vast te leggen, zoodat zij bewaard kunnen worden," en thans reeds is die kunst een tak van industrie geworden, die aan vele honderden, ja duizenden brood verschaft en strekt om het levensgeluk van honderdduizenden

  1. Van Φοτος (photos, licht) en γραΦειν (graphein, teekenen)