Pagina:Album der Natuur 1858 en 1859.djvu/963

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
43
WETENSCHAPPELIJK BIJBLAD

zij daarentegen grooter en wel in sterk toenemende mate naar de polen toe, zoodat zij aldaar de tegenwoordige met 7 tot 8 warmte dagen overtrof. De hoeveelheden warmte, die de pool thans ontvangt en die deze voor 10,000 jaren ontving, staan tot elkander als 19 tot 20. Wegens de verandering in den schuinschen stand der ecliptica, kan de zon vergeleken worden bij eene slingerende lamp; op het genoemde vroegere tijdstip bewoog zij zich schijnbaar verder naar het Noorden en Zuiden, terwijl zij sneller over de daartusschen gelegen ruimte heen ging.

Sedert de aarde en de zon in hare tegenwoordige verhouding tot elkander kwamen, is derhalve de jaarlijksche intensiteit der zonnewarmte in de gematigde luchtstreek niet veranderd, die tusschen de keerkringen iets vermeerderd en die in de poolstreken merkelijk sterker afgenomen, en het laatste zal nog steeds voortgaan, zoolang de helling der ecliptica vermindert. De beroemde noord-west-passage door de poolzee zal derhalve van jaar tot jaar moeijelijker worden.

Dat deze uitkomsten ook voor de palaeontologie niet van gewigt ontbloot zijn, zal wel niet behoeven te worden aangetoond. (Zie petermann's Geograph. Mittheil. 1857, S. 283 en 1859 S. 79).

Hg. 
 

Reductie van chlorbarium, chlorstrontium en chlorcalcium door sodium.—In de zitting van 28 Februarij j.l. der Fransche Akademie werden de volgende onderzoekingen medegedeeld, verrigt door den artillerie-kapitein h. caron in het laboratorium van sainte-claire-deville.

Met enkel sodium gelukt de reductie van bovengenoemde chloruren niet, maar wel met een alliage van sodium met lood, tin, bismuth, antimonium enz. De reductie heeft plaats, door bij het in een smeltkroes gesmolten chlormetaal, een dezer alliages te voegen. Op die wijze ontstaan alliages van een der genoemde zware metalen met calcium, barium of strontium. Al deze alliages oxyderen zich zeer spoedig aan de lucht en ontleden het water met kracht, waarbij het lood, tin enz. poedervormig terug blijft. Ook kan men een alliage van sodium en calcium verkrijgen, door chlorcalcium met sodium in overmaat zamen te smelten in een gesloten ijzeren kroes. Door destillatie in een ijzeren vat kan men later weder al het sodium doen vervlugtigen, waarna het calcium overblijft, doch in een sponsachtigen toestand, waarin het dadelijk aan de lucht oxydeert.

Vermoedelijk zal het echter door verbetering der methode (b.v. door de destillatie in eene atmospheer van hydrogenium te doen plaats hebben) weldra gelukken langs dien weg het calcium in meer bestendigen toestand en grootere hoeveelheid daar te stellen.

Voor barium en strontium is deze methode gebleken ongeschikt te zijn.

Hg.