Naar inhoud springen

Pagina:Album der Natuur 1861.djvu/499

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
83
WETENSCHAPPELIJK BIJBLAD.

werden door glazen buizen met verdund zwavelzuur van verschillende concentratie gevuld. Die uitkomsten, kort zaamgevat, luiden als volgt:

Bij geringen wederstand wordt de duur der ontlading vergroot door vergrooting der slagwijdte van de vonk en door vermeerdering der oppervlakte van de batterij. Met één flesch en eene slagwijdte van 1,5 mm. nam men een duur van 0,00004 seconde waar, bij eene slagwijdte van 10 mm., onder overigens gelijke omstandigheden, een van 0,00013 seconde, en bij de eerste slagwijdte van 1,5 mm. vier in plaats van één flesch bezigend, duurde de vonk 0,00006 seconde.

Vergroot men nu den wederstand, zonder de lengte der baan te vergrooten, dan neemt de duur der ontlading af.

Vergroot men dien echter evenveel door het invoegen van een langen geleider (van roodkoper), dan wordt de duur der ontlading aanmerkelijk vergroot.

Dit alles, en meer dat wij hier niet kunnen meedeelen en waarvoor wij dus naar de aangehaalde bron moeten verwijzen, heeft echter alleen betrekking tot den duur der ontlading op eenig bepaald punt harer baan, maar beslist niets aangaande eene andere zaak, die mede het onderwerp van wheatstone's onderzoekingen heeft uitgemaakt, namelijk de voortplantingssnelheid der elektriciteit. Feddersen schijnt evenwel voornemens te zijn zijne proefnemingen voort te zetten en ongetwijfeld zal dan ook dit punt wel nader door hem onderzocht worden.

 

De overbrenging van stofdeeltjes door elektrische stroomen.—Maanden achtereen brengen dikwijls poggendorffs annalen niet zulk eene reeks van belangrijke uitkomsten en beschouwingen als dit het geval is met de bijna gelijktijdig voor weinige dagen in 't licht verschenen Ns. 7 en 8 van dit jaar; uit het eerste hebben wij hierboven het een en ander medegedeeld. Het volgend nommer begint met eene zeer uitgebreide verhandeling van quincke onder bovenstaanden titel, die wel eenigzins te ruim gekozen mag worden genoemd, daar hij enkel handelt over de overbrenging van vloeistoffen door poreuse wanden heen, of wat op 't zelfde nederkomt, schoon Q. daarin een belangrijk verschil schijnt te zien, door naauwe buizen. Onder de door hem verkregene resultaten zijn de volgende het meest opmerkelijk:

1) Water in een thermometerbuis wordt door de ontlading eener leidsche flesch, welke met behulp van twee platinadraden daardoor heen wordt geleid, een klein eind weegs verplaatst en wel in de rigting des positieven strooms.

2) De grootte dier verplaatsing is onder overigens gelijke omstandigheden evenredig met de hoeveelheid der in de flesch of batterij opgehoopte elektriciteit, en onafhankelijk of althans bijna onafhankelijk van de digtheid dier