Pagina:Architectura vol 005 no 022.djvu/1

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

VIJFDE JAARGANG No. 22. ZATERDAG 29 MEI 1897.

ARCHITECTURA / ORGAAN V.H. GENOOTSCHAP ARCHITECTURA ET AMICITIA
ARCHITECTURA / ORGAAN V.H. GENOOTSCHAP ARCHITECTURA ET AMICITIA

UITGEVERS: J. VAN DER ENDT & ZOON MAASSLUIS.

Redactie: jos. th. j. cijpers, j. l. m. lauweriks, johs. b. lambeek jr., l. f. edema van der tuuk en k. de bazel.
 bijdragen voor het blad te zenden aan den heer k. de bazel, nicolaas beetsstraat 118, amsterdam en alles, wat de administratie van het genootschap betreft, aan den 1sten secretaris, american-hotel, te amsterdam.
voorwaarden van het lidmaatschap: het orgaan met technisch gedeelte wordt wekelijks franco toegezonden aan alle leden van het genootschap. de jaarlijksche contributie voor het lidmaatschap bedraagt:
voor gewone leden . . . . . . . . . . . . . ƒ 12.—
  „   kunstlievende leden . . . . . . . . . „ 10.—
  „   buitenleden en aspirant leden . . . . . „ 7.50


MEDEDEELINGEN BETREFFENDE HET GENOOTSCHAP.

1. Het programma der excursie, die door a. et a. op 10 juli a.s. naar haarlem zal plaats hebben is als volgt:

a. Reis per spoor naar haarlem, aankomst aldaar te 9.15 ’s morgens, (uit amsterdam). De verschillende vereenigingen, die de excursie medemaken, wachten aan het station elkander op.

b. Wandeltocht langs het spaarne, bezichtiging Bakkenesser kerk, Amsterdamsche poort, Waag en St. Bavo.

c. Ontbijt, waarvoor elk deelnemer zelf zorgt.

d. Stadhuis. Frans Hals-Galerij, Raadzalen, Prinsenhof.

e. Nieuwe St. Bavo (werk in uitvoering).

f. Van de N. St. Bavo per rijtuig naar het duin, waar zal worden gedineerd, (inbegrip van een halve flesch wijn).

g. Per rijtuig naar het station, aankomst aldaar omstreeks 10 ure.
 De onkosten bedragen per hoofd f 5, hierin zijn echter niet begrepen de reiskosten voor leden van andere ver­eenigingen en het ontbijt. Aan verschillende bouwkundige vereenigingen zijn uitnoodigingen verzonden om bovengegemelde excursie mede te maken. Ook den leden wordt verzocht om, zoo zij aan de excursie willen deelnemen, daarvan opgave te doen aan den 1en secretaris.
 Voor meerdere toelichting zie men architectura no. 16 van 1897.

2. De redactie ontving het verslag der vereeniging „Maat­schappij voor den werkenden stand afdee1ing ambachtsscho1en” te amsterdam over het jaar 1896. Dit verslag ligt op de leestafel ter inzage.

3. Idem „Wereldtentoonstelling te Parijs in 1900” afdeelingen voor nederland en de koloniën, uit­gegeven door de centrale commissie.”

4. Blijkens de annonce in het feestnommer (no. 20) zijn nog eenige exemplaren daarvan te bekomen bij den uitgever of bij den 1sten secretaris, tegen betaling van één gulden.

5. De „Société centrale d’architecture de Belgique” zal bij gelegenheid van zijn 25jarig bestaan en der tentoonstelling te Brussel van 28 augustus tot 2 september a.s. een Internationaal congres van architecten houden. Het programma en de feesten van dit congres liggen ter inzage op de leestafel.
 Verschillende buitenlandsche architecten o. a. alfred waterhouse en dr. p. j. h. cuypers zijn tot eerelid van dit congres benoemd en eveneens onze voorzitter jos. th. j. cuypers die deze benoeming heeft aanvaard.

WEDSTRIJD IN DE BOUWKUNST AAN DE RIJKS-AKADEMIE.

Den zevenden juni a.s. is de uiterste termijn van aanmelding voor het toelatingsexamen voor bovengenoemden prijskamp.
 Hierop wensch ik de aandacht onzer lezers te vestigen, aangezien er onder hen velen gevon­den worden, die in de termen vallen om daaraan deel te nemen, maar die wellicht zouden verzuimen tijdig zich te doen inschrijven.
 Het blijkt dat men eenerzijds voor het toelatingsexamen is teruggeschrikt voor de daarin genoemde vakken, ander­zijds wilde men de kans niet wagen om zoolang uit de praktijk te gaan waarin men eene vaste betrekking bekleedde. Vooral in den zomer weegt dit bezwaar.
 Het Bestuur van a. et a. zal volgens opdracht der vergade­ring hieromtrent ook ter gelegener plaatse de inzichten voor de vakmannen doen kennen.
 Evenwel dient thans het bewijs geleverd te worden, dat de bouwkundigen het op prijs stellen in gelijke lijn met de schilders en beeldhouwers afwisselend te worden toege­laten.
 Het getuigschrift omtrent ontleedkunde is voor