Pagina:Bijdragen tot de geschiedenis der wetenschappen en letteren in Nederland.djvu/47

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
29
29
simon stevin.

dat „zijn vader eene Nederduitſche Redenconst, anders gezegd, Welſprekendheid heeft beſchreven.” Voornamelijk echter muntte hij uit door eene gepaste keuze van juiste en zuivere woorden, die het gevolg was van eene grondige kennis onzer taal. Hierom zingt vollenhove:

d’Onduitſcheid en de taalſmet van het Land
Week eenigzins voor ’t licht van uw verſtand,

o, spiegels, o stevynen, o de grooten!

Hierom werd hij door bredero, in eenen brief aan de Amſterdamſche Kamer in liefde bloeijende, waardig en in ſtaat gerekend te volmaken, hetgene door spiegel, visscher en koornhert tot opbouw van, onze moederſprake was aangevangen. Het zal noodig zijn, ten ſlotte, kortelijk te ontvouwen, hoe stevin dacht over de waarde onzer taal, en derzelver gebruik in de Wiskundige Wetenſchappen.

Hij tracht ergens te betoogen, dat er een tijd zij geweest, waarin Kunſten en Wetenſchappen met den meest mogelijken luister onder het menschdom hebben gebloeid. Hij noemt die gelukkige eeuw wijſen tijd; doch

be-