Pagina:Bilderdijk, Navonkeling 1 (1854).djvu/4

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

zich als de algemene uit te schreeuwen, voor alle deelhebbing in welke ik den Vader der barmhartigheid smeeke, zoo my als de mijnen t’ allen tyd te behoeden!

Zie daar het ontstaan en in ’t licht treden van dezen nieuwen Versbondel opgeklaard. Zoo iemand my ooit eenig Dichtvuur heeft toegeschreven, hy zal in een ouderdom als de mijne den Tytel (vertrouw ik,) niet wraken. Vlam en gloed toch zou aanmatiging zijn, maar sporen van vroeger vuur blijven lang na. Het hart gevoelt ze, en die er geen heeft of het sluiten wil, ik betwist het hem niet.

Dit strekke by vriend en vijand tot

VOORBERICHT.

B.

Leyden, in Zomermaand 1825.