Pagina:Bosboom-Toussaint, De Alkmaarse wees enz. (1886).pdf/182

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

wat te doen, evenzeer kon de goede dokter Gerrit nu niet uitspreken, wat hij dacht en meende — niet snel genoeg woorden vinden, die uitdrukten wat er bij hem omging.

Al peinzende had hij alles rondom zich vergeten, zelfs de tegenwoordigheid van het voorwerp zijner overwegingen. Hij was opgestaan, en liep in gedachten het ruime zijvertrek des Burgemeesters op en neêr, als ware hij in zijne eigene studeerkamer. Hij mompelde binnensmonds, en op eens meende van Beuningen, die met angstig ongeduld zat te wachten, doch door een bewijs van ongeduld zijne overweging niet durfde storen de afgebrokene woorden te onderscbeiden:

»Hij kan gaan — het is vreemd — hoe een man als Tulp het gaan heeft kunnen afraden. En dan een geneesmiddel te geven, dat eer onderdrukt dan opwekt! maar het gaan zelf… kan goed doen… ik houd mij verzekerd dat…"

Op eens stormde van Beuningen op hem toe, en riep uit:

»Ik heb het verstaan, ik weet het, voorzeker, gij acht het mogelijk dat ik gaan kan zonder ongeval!"

»Heb ik dat gezegd? ik wil, ik kan niet — met zooveel vastheid verzekeren…"

»Gij kunt niet herroepen, gij moogt het niet — ik heb het gehoord en ik geloof u!"

»Nu ja dan! ik heb het gelegd en ik wederroep het niet schoon ik daarbij eene groote verantwoordelijkheid op mij neme; mogelijkheid van instorting blijft altijd voor een zieke waar zelfs een gezonde ziek kan worden door geringe oorzaak: daarom zou ik in een gewoon geval liefst en eerst tot de grootste omzichtigheid raden, maar het belang der openbare zaak, gewogen tegen eene kans van schade, die ik althans niet uit een voor afgaand verschijnsel zou durven voorspellen, mag ik zeggen: ga. Het meest scheen de heer Tulp voor u te vreezen te sterke gemoedsbeweging in eene stormachtige raadsvergadering… maar zouden in het korte tijdsbestek, dat zulke beraadslaging duren kan, er u meerdere en meer strijdige kunnen bejegenen, dan die u dezen ganschen dag door geslingerd hebben? en toch erkent gij u nu beter te bevinden dan dezen ochtend hetgeen mij bevestigt in mijne opinie, dat gestellen als het uwe niet te streng in te doffe traagheid kunnen neêrgedrukt liggen,