Pagina:Bosboom-Toussaint, Het Huis Honselaarsdijk in 1638 enz. (1886).pdf/236

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

kunnen vertoonen, en wat mij aangaat, hem de hand biedend waardste Meester Gerard! zoo gij ooit mij conterfeit, geef mij dan een voorkomen van lust en leven; maar leg mij geen doodsche strakhejd op ’t gelaat; — daarop zag hij naar het portret op den ezel, en riep uit, Maria aanziende: Uwe Majesteit moet eene beeldschoone prinsesse zijn geweest in hare jeugd!

Het geweest klinkt nooit goed in de ooren eener vrouw, vorstin of niet, al is zij vrij wel dicht de zestig genaderd; maar aan een twaalfjarigen Prins kon de Koningin, die zijne grootmoeder worden wilde, dat woord vergeven; ook sprak zij met goedwillige gevalligheid:

— Men zegt zóó! toen ik in Frankrijk kwam als de bruid van Koning Hendrik, mijn Heere zaliger, waren er niet vele jonkvrouwen in Frankrijk noch in Toskanen, die met mij geleken konden worden in fijn rood en zuiver wit.

Dit is toch een voordeel van het geweest voor de dames, dat zij er van spreken kunnen zoo goed als zij willen, zonder van te groote ijdelheid blijke te geven.

— Het mocht niet minder! de Koningin der Leliën! sprak de oude Prins hoffelijk, en Willem riep:

— Voorwaar! hij was wel gelukkig, die Koning Hendrik, zulk een rijk en zulk eene bruid!

Maria glimlachte: — Gij ziet het, Prins! sprak zij tot den Stadhouder, het wordt tijd dat wij er aan denken onzen jongen Prins eene bruid aan de zijde te geven!

— Dat zou mij wel conveniëeren, Mevrouw! antwoordde Willem; zoo er nu nog slechts zulke ongelijkbare schoonheden gevonden worden onder de Prinsessen van mijn leeftijd…

— Misschien, wie weet… in Engeland, sprak de Koningin lachend.

— O! mijn Heer! gun mij spoedig een keer naar Engeland te doen, om mij hiervan te vergewissen! hernam de gulgauwe knaap met levendigheid, en daarop vleiend de Koningin naderend, hervatte hij op smeekenden toon:

— Ik bid Uwe Majesteit, die men zegt dat in die zake, abele scheidsvrouw is, voor mij de mooiste Prinsesse van ’t gansche hof uit te kiezen; met eene leelijke vrouw zou ik niet konnen leven.