Pagina:Bosboom-Toussaint De graaf van Devonshire (1884).pdf/113

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

V.
Een hoofdstuk zonder handeling.



Mijne lezers verwachten van mij, en met recht, eenig inzicht in den toestand der opgevoerde personen gedurende de nu verloopene maand. Slaan wij daartoe eerst een blik op het landverblijf van Ashridge. Wij zien daar de jeugdige prinses Elisabeth in denzelfden verlaten toestand; geen hoveling of edelman uit de hofstad had het gewaagd, of zijne vrouwelijke betrekkingen willen toestaan, de verbannen zuster der Koningin te bezoeken ook behoefde deze hen niet tot hare verstrooiing en ware het niet dat haar gekrenkt eergevoel leed onder die opzettelijke verwaarloozing, of vrees voor toekomstige vervolging haar ontrust had, dan zeker zoude zij zich, met den geheimen troost van Courtenays liefde, niet ongelukkig gevoeld hebben in deze afzondering, Zij zocht afleiding… neen! meer dan dit; met hooger, met opzettelijker doel legde zij zich toe op de beoefening van elken tak der wetenschappen en schoone kunsten. Zelfs tot de minst vrouwelijke studiën, zooals de bouwkunde, de wiskunst en de werktuigkunde, strekte zich hare zucht tot kennis uit, en in die alle slaagde zij. Soms nam zij penseel of borduurnaald ter hand, en beide behandelde zij met kieschheid en fijnheid van smaak. Eene ongewone gemakkelijkheid in het aanleeren van talen bezittende, sprak en schreef zij de meeste Europeesche talen; het Latijn verstond zij volkomen, en hoewel zij daarin zelden een geregeld gesprek voerde, bediende Zij zich toch later dikwijls in den omgang met geleerden en gemeenzame vrienden van aanhalingen uit Rome’s oude schrij-