Pagina:Bosboom-Toussaint De graaf van Devonshire (1884).pdf/85

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

dreigingen van en eene ontmoeting met haren vreeselijken echtgenoot. Toen deze echter nimmer plaats vond, begon zij zich, met de haar eigene luchtigheid en de opgeruimdheid harer zestien jaren, in het zekere vooruitzicht van een maagdelijk gehuwd leven te schikken, want zij begreep volkomen, dat de man die haar door zulk eene opzettelijke list tot zijn slachtoffer maakte, de vrucht zijner wandaad zich niet zoude laten ontnemen, en bij eene poging van hare zijde tot een ander huwelijk, zijne rechten schrikkelijk zoude doen gelden. Ook hechtte zij te veel aan de wettigheid van dien band. Een brief van haar vervolger, waarin hij haar met de onbeschaamde openhartigheid van een praktisch cynisme de oorzaak zijner handelwijze bloot legde, stelde haar ten minste gerust, dat zij nooit zijne tegenwoordigheid te duchten had, zoolang zij hun geheim bewaar de. Te duchten, zeg ik, want hare nieuwsgierigheid en onbedacht voortzetten van een romantisch avontuur was op eene te schokkende wijze gestraft geworden door het wezen, welks kwaadaardige boosheid zij nu recht kende, om langer naar zijn bijzijn te wenschen.

De Graaf van Sterny was zijn doodvijand en zijn staatkundige tegenstander. Hij had gevreesd dat deze zijne schitterend schoone dochter aan eenen machtigen edelman uithuwen en door diens invloed den zijnen verdubbelen zoude. Dit te voorkomen, was zijn doel geweest.

»Ik had,” dus schreef hij, »een geweldiger middel kunnen bezigen, doch uw dood was geene volstrekte noodzakelijkheid: ik gebruikte medelijden met uwe jeugd en levenslust. Ik had u lang bespied en eene zwakheid in u opgespoord; op deze werkte ik: uwe zucht tot het buitengewone leverde u in mijne handen en redde u tevens het leven; want ware mij de list mislukt, dan had ik gebruik gemaakt van het recht des sterkeren. Voor het overige hebt gij in mij, ik erken het, een somberen echtgenoot, die den wil noch de gelegenheid heeft, u een verblijf bij zich aan te bieden; maar ook een zeer inschikkelijk gemaal, die van u liefde noch trouw eischt. Drink met volle teugen het genot des levens, droom u des nachts elke soort van vermaak en verwezenlijk die wakende; ik zal geen uwer vreugdedroomen verstoren, u uit geene duizeling der zinnen tot u zelve roepen;