Naar inhoud springen

Pagina:Da Costa's Kompleete Dichtwerken (Hasebroek, 1876).pdf/290

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
ontspringen uit Zijn schoot, om zegen te verspreiden.
Der hemelkoten loop staat onder hun bestier!
Zy golven d' ether door met goddelijken zwier,
en stuwen zonnen en planeten met hun vinger
door d' Oceaan der ruimte, en, hangende aan den slinger
der Godheid, kruissen en doorkruissen onderling
elkanders wegen en steeds weêr begonnen kring;
en vormen met den zwaai der tallelooze bollen,
die in d' azuren stroom om onze hoofden rollen,
een heilge mengeling van dansen, op 't geluid,
Jehova! van Uw stem. Maar andre Geesten uit
den Hemel neêrgedaald, den ballingen van Eden
ten broederlijken hulp, bevolken dit beneden,
volvoerers van den wil van 't hemelsch Albestuur,
en stichters in Zijn naam dier stoflijke Natuur,
wier rijkdom ons omvloeit. Zy blinken in de droppen
der zacht ontbonden wolk, die, rustende op de knoppen
der bloemen, geur en kleur ontwikklen uit haar schoot!
Zy schittren in den straal der zon, die 't levend brood
in 's aardrijks boezem stooft. Zy drijven in de walmen
der liefelijke daauw, die 't veld besproeit. Zy galmen
in 't stormgebulder, dat den hemel zuiver vaagt
en pest- en ziektedamp van voor ons henen jaagt.
En in den donder, die des aardrijks ingewanden
doet schudden, dat het vreest te ontvallen aan zijn banden
hergeven ze, ongezien, een naklank an de stem
des Ongezienen, die zich kenbaar maakt; van Hem,
die Isrel tot zich riep, en zich den Uitverkoren
in bliksemen deed zien, in donderen deed hooren!



Gezegend zij Zijn naam in eeuwigheid! Geloofd
Zijne Alvoorzienigheid! Roeme Isrel aan het hoofd
der volkeren van de aard Hem Wreker, Rechter, Koning,
en 't helverstommend lied der wachters van Zijn woning.
God! een nog teedrer naam welt op van uit het hart
tot U, o Vader! die de vreugd der ziel uit smart
te voorschijn brengt; neen! uit wiens eenig wijze handen
smart-zelve wellust is, en 't knellen van de banden
waarmeê Ge ons hecht aan U, gevoel van vrijheid! Gy,