Pagina:Darwin - Het ontstaan der soorten (1860).djvu/548

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
260
NASCHRIFT VAN DEN VERTALER.

vatten, zulk een overzigt toch nog een boekdeel zou vormen, niet minder lijvig dan het besprokene. Ten tweede is bijna alles wat er over geschreven is in de hoofdzaak niets dan loftuigingen op het werk, op den schrijver daarvan, op zijne leer, op zijne waarnemingen en proeven. Eene degelijke kritiek, eene bestrijding van de leer die er in verkondigd wordt, heeft het boek, zooverre mij bekend is, tot heden nog niet gevonden. Ik heb gemeend die loftuigingen en die bevestigingen en toestemmingen niet te moeten verzamelen: darwin's boek behoeft iets dergelijks niet: kan wel voor zich zelf spreken. En om op het voorbeeld van den duitschen vertaler van the Origin of species, van den geleerden bronn, eene bestrijding van het oorspronkelijke als naschrift te laten volgen, daartoe—hoe gaarne ik het zou willen doen, gesteld dat ik even als de genoemde duitsche geleerde mij niet met darwin's leer konde vereenigen—schieten mijne krachten veel te kort. En zoo meende ik dan mijne vertaling te sluiten zonder meer te zeggen dan ik in mijn voorberigt reeds gedaan had, mij voorbehoudende om als later, hetzij in het buitenland, hetzij in ons vaderland, darwin's boek met eerlijke wapenen bestreden mogt worden, daarvan een overzigt te geven, zoowel als van de lofspraken die reeds algemeen gelezen zijn. Maar zie, op het oogenblik dat de laatste bladen mijner vertaling ter perse zijn, verneem ik dat een onzer grootste natuurkundigen, Prof. j. van der hoeven eerstdaags eene beoordeeling van darwin's leer, door den geleerden w. hopkins geschreven, in het licht zal geven, onder den titel van: Over natuurkundige theoriën omtrent de verschijnsels van het leven, en bepaaldelijk over darwin's theorie aangaande het ontstaan der soorten, door w. hopkins. M.A. Vice-president der Koninklijke Sociëteit en lid der Geologische, Sociëteit te Londen, enz. Door de beleefdheid van den hooggeleerden Vertaler heb ik het genoegen mogen smaken dat opstel te lezen voordat het ter perse kwam, en ten gevolge daarvan vind ik mij verpligt den nederlandschen lezer uitdruk-