Pagina:De dichtwerken van P.A. de Génestet.pdf/32

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

bruiken, die hem, kort na zijn ontslapen, in de Gids zoo welsprekend herdacht — „nog den laatsten dag zijns levens had hij doorgebracht in den kring dergenen, die hem liefhadden, in den dierbaren huisselijken kring, waarin hij zich 't liefst en meest bewoog; vermoeid en zwak, maar zonder smarte of pijn, had hij zich ter ruste begeven. Trouwe liefdeoogen bewaakten den slaap van den kwijnenden zieke; geen onrust of strijd vertoonde zich op het bleeke gelaat; matheid en uitputting, maar liefelijke vrede tevens blonken van zijn open, hooggewelfd voorhoofd; Peter De Génestet was in den vroegen morgen den tweeden Julij ter eeuwige ruste ingegaan.”

Dezelfde auteur heeft met eenvoudige trekken zijn uitvaart geschetst. Slechts betrekkingen en vrienden begeleidden hem naar zijn laatste rustplaats, en een drietal hunner voerde er het woord. Op het kleine kerkhof te Rozendaal, naast die statige laan die naar Beekhuizen voert, in 't midden van die liefelijke natuur waarvoor zijn hart altoos geopend was, rust zijn overschot. Door de zorg van eenige vrienden is een smaakvol gedenkteeken in zoogenaamd gothischen stijl op zijn graf geplaatst. Het Fiat voluntas, dat in zijn laatste jaren wel zijn levensspreuk mocht heeten, staat op den lijksteen gegrift.



Men verwondert zich, als men ziet, hoeveel De Génestet in dat negen- of tiental jaren, in weerwil van vele andere bezigheden en van zooveel overstelpende smart, nog op letterkundig gebied heeft gearbeid, en hoeveel voortreffelijks hij heeft geleverd. Als Nederlandsch dichter bracht hij aan de jaarboekjes zijn betamelijke schatting. Het meeste wat hij daartoe soms zuchtend bijdroeg, werd in zijn Laatste der Eerste herdrukt. Al het andere is in deze uitgave opgenomen. Ook in de Gids en Nederland verscheen nu en dan een zijner gedichten. Zijn In Memoriam, een schoone hulde aan de nagedachtenis van zijn geliefden leermeester en vriend Abraham des Amorie van der Hoeven, werd afzonderlijk uitgegeven, ofschoon hij 't aanvankelijk een andere bestemming had toegedacht. Voor een dier verzamelingen van gedichten bij uitheemsche platen, die destijds aan de orde waren, en waaraan, wij moeten het erkennen, onze letter-