Pagina:De dichtwerken van P.A. de Génestet.pdf/441

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
Voorts doe in uw Tafreelen,
(’k Noteer ’t voor uw gemak!)
Vooral een Drama spelen,
Een Drama op een dak.
Laat daar een grijsaard zweven,
Een wichtjen in den arm –
Al zaagt ge ’t nooit – om ’t even,
Dat maakt ons koud en warm!




Aprês – om nieuw te blijven –
Laat ook nog op den vloed
Een schamel wiegje drijven,
Door de Almacht slechts behoed.
Laat braaf de golven klotsen
Bij ’t schriklijk noodgeschal,
En tusschen schots, aan schotsen,
Stuur ’t veilig naar den wal!

Of wilt ge een Nooddicht smeden,
Weldadigheid ter eer?
Zoo roem onz’ vrome zeden
Nog eens – voor de’ eersten keer!
Zing hoe voor ’s naasten jammeren
Steeds Neêrlands harte slaat –
(Een pluimpje aan de Amsterdammeren
Vooral, kan hier geen kwaad!)




Gij ziet, we zijn bij voorbaat
Verteederd en verrukt!
Dus op, wie nu maar doorslaat!
Op braven, dicht en drukt.
Het lacht met alle sluizen
Uw dichterlijk gevoel –