Pagina:Else.djvu/16

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

De hoofdpersoon op de vliering was Puppelene, eene groote sterke vrouw met donker haar, kleine oogen en een ongewoon dikke onderlip.

Zij huurde de geheele ruimte hier boven van madam Späckbom, wat voor madam zeer gemakkelijk was. Maar anders was de verhouding tusschen die beide dames niet zonder wrijving. De Bende was een groote stoornis voor het huis door muziek, lawaai en dergelijke; de Ark stond trouwens in een slechten naam in de geheele stad.

Hoe dat nu ook was, Puppelene liet zich niet wegjagen. Verscheidene keeren had madam haar opgezegd en verscheidene keeren was Puppelene ook gegaan; maar na korten tijd kwam er een verzoening tot stand en zij keerde terug naar de Ark — „ganz wie die Taube mit dem Oelblat"; — zooals de oude Schirrmeister zich uitdrukte.

De oude Schirrmeister was een verloopen Duitsche muzikant, die hier boven kwam met een rondreizend orkest, verscheidene jaren geleden. In het begin ging het hem goed. Hij bespeelde een zeer mooie viool, en was ook in staat op bijna alle mogelijke instrumenten, in ieder geval respectabel, te spelen.

Hij kreeg daardoor aanbevelingen in de beste huizen, maar langzamerhand geraakte hij uit de mode en het drinken kreeg de overhand bij hem; eindelijk verbond hij zich met zijn vroegere dienstmeid Lene, die hij „meine Puppe" noemde. Daardoor kreeg zij in den volksmond den bijnaam Puppelene.

Nu was de oude kunstenaar gedaald om te leven van muziekcopieeren en Puppelene's genade. Onder het schuine dak stond zijn oude piano, die als tafel