Pagina:FrankVanDerGoesWerk1939.djvu/149

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

ming hun mandaat verplicht te zijn, heeft voor de arbeidersafgevaardigden niets vernederends. In het begin van elke revolutionnaire beweging vindt zij instemming bij de betere karakters van de klasse tegen welke zij is gericht, omdat zij onmiskenbaar de teekenen draagt van het belang voor te staan der groote meerderheid en daarom van den maatschappelijken vooruitgang. De Fransche, burgerlijke Revolutie is niet denkbaar zonder de medewerking van een aantal leden der eerste standen, wier medewerking aan de revolutie niets van haar burgerlijk wezen heeft ontnomen.

 

Het pijnlijke oogenblik voor de idealisten der behoudende partij is gekomen, wanneer blijkt dat hunne genooten de beweging van de revolutionnaire klasse niet meer kunnen en willen volgen—gelijk het in onze politieke omstandigheden is aangebroken, zoodra het liberalisme met katholieken en anti-revolutionnairen zich verbindt. Opmerkelijk is, dat de organisaties zich nog stil hielden, dat de stoot is uitgegaan van een redakteur, dien niemand ter verantwoording kan roepen—en dat de massa der liberale kiezers is gevolgd. De zaak in openbaar debat brengen, zich er publiek voor uitspreken, heeft nog geen vereeniging gewaagd of gewild. Men heeft beter gedaan, men heeft gehandeld zonder spreken. En onder de beschaamde partijgenooten was er niet één die zijn stem verhief toen het nog tijd was.

Den redakteur van het Handelsblad, bij al hetgeen hij dezer dagen heeft moeten hooren en waarvan wij niet gaarne zouden zeggen dat een woord te veel was, kan niet worden verweten uitsluitend een persoonlijke antipathie te hebben gevolgd. Dat de kleingeestigste en meest perfide tegenstander van het liberalisme, hij, wiens karakter zich het beste laat gebruiken voor het verloochenen van geestelijke voor stoffelijke belangen, het eerst dezen door de betere naturen onder zijn medestanders zoo jammerlijken afval openlijk predikte, is natuurlijk geen toevalligheid. Evenwel zou men den Heer Boissevain onrecht doen door alleen of hoofdzakelijk te denken aan

145