Pagina:Gezelle, Rijmsnoer om en om het jaar (1897).pdf/78

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
Bezig is de bie, van vlerken vlugge;
bezig worme, wespe, miere en mugge:
bezig nu is al, dat been verrept,
vinne, vame voert, of asem schept.

't Wordt, allengerhand, een blomke of tiene,
veilig, uit de vouw van 't lisch te ziene;
hier end daar al een, dat, hagelwit,
halverwege in 't wied, te wachten zit.

Nieuwe zij dan ook, van allen dingen,
lof en eere aan U, die de eerde ontspringen:
lof en eere aan U, die 't al verbeidt,
altijd ongedaagde, in de eeuwigheid!

12/4/'96.