Pagina:Grondwet van Suriname (1992).pdf/29

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

1. De Raad van Ministers is het hoogste uitvoerende en administratieve orgaan van de Regering.

2. De Ministers vormen tezamen De Raad van Ministers, welke wordt voorgezeten door de Vice-President.

3. De Raad van Ministers heeft ten minste één vice-Voorzitter.

Artikel 120

De vergaderingen van de Raad van Ministers kunnen op uitnodiging van de Voorzitter worden bijgewoond door specialistische en/of technische deskundigen.

Artikel 121 [1]

De Raad van Ministers is gehouden om medewerking te verlenen aan het verschaffen van informatie aan de Staatsraad ter uitvoering van zijn taak.

TAKEN VAN DE RAAD VAN MINISTERS

Artikel 122 [2]

Onverminderd hetgeen in het Reglement van Orde voor de Raad van Ministers is bepaald, heeft de Raad van Ministers tot taak:

a. het voeren van het door de Regering vastgestelde beleid;

b. het voorbereiden van producten van wetgeving en bestuur;

c. het toezicht houden op het richtig uitvoeren van genomen beslissingen waarvan de uitvoering aan hem is opgedragen;

d. het voorbereiden en uitvoeren van een slagvaardig beleid;

e. het leiding geven aan beleidsorganen en de supervisie van de administratieve functies van de plaatselijke organen door middel van de betreffende ministeries.

TAKEN VAN DE LEDEN VAN DE RAAD VAN MINISTERS

Artikel 123 [3]

1. De leden van de Raad van Ministers zijn belast met de leiding van hun respectieve ministeries en voorts met de taken hun bij het Reglement van Orde voor de Raad van Ministers en andere regelingen opgedragen.

2. De Ministers zijn verantwoording verschuldigd aan de President.

VIERDE AFDELING[4]

  1. Gew. bij S.B. 1992 no.38.
  2. Gew. bij S.B. 1992 no.38.
  3. Gew. bij S.B. 1992 no.38.
  4. Gew. bij S.B. 1992 no.38.