Pagina:Grondwet voor het Koninkrijk der Nederlanden 2023.pdf/61

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd


Geldstelsel

Bij artikel 106, handelend over het geldstelsel, kan aangetekend worden dat de voornaamste regelingen op monetair gebied in verschillende wetten vastliggen (bijv. de Muntwet 2002).

Codificatieartikel

Volgens artikel 107 moeten het burgerlijk recht, het strafrecht en het burgerlijk en strafprocesrecht in beginsel in algemene wetboeken worden geregeld. Dat zijn het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en het Wetboek van Strafvordering. Het tweede lid van dit artikel draagt de wetgever op algemene regels van bestuursrecht vast te stellen. Deze regels zijn opgenomen in de Algemene wet bestuursrecht.


Ambtenaren

Artikel 109 betreft de rechtspositie, de arbeidsbescherming en de medezeggenschap van alle ambtenaren, zonder onderscheid: burgerlijke ambtenaren in dienst van het rijk en van andere publiekrechtelijke lichamen, zoals provincies en gemeenten, en militaire ambtenaren. De regeling van de rechtspositie van de ambtenaren moet op de wet berusten. In dit verband is de Ambtenarenwet met de daarop gebaseerde regelgeving van belang. Een afzonderlijk grondwetsartikel over ambtenaren, naast de algemene bepaling over de rechtspositie van hen die arbeid verrichten in het tweede lid van artikel 19, is opgenomen in verband met de noodzaak van de aanwezigheid van een ambtelijke dienst en het belangrijke aandeel van ambtenaren in de uitvoering van de overheidstaak.

In verband met de onafhankelijke positie van de leden van de rechterlijke macht, van de Raad van State en van de Algemene Rekenkamer zijn over de regeling van hun rechtspositie specifieke bepalingen opgenomen in de hoofdstukken 4 en 6 (vgl. de artikelen 74, 77 en 117).


Openbaarheid van bestuur

Artikel 110 houdt in, dat de op de overheid rustende verplichting tot openbaarheid van bestuur in een wettelijke regeling nader gestalte verkrijgt. In het bijzonder moet hierbij gedacht worden aan de Wet openbaarheid van bestuur.


Ridderorden

Van de vroeger bestaande bepalingen over adeldom en ridderorden is de bepaling omtrent de instelling van ridderorden in de Grondwet gehandhaafd. De regels betreffende het herziene decoratiestelsel zijn neergelegd in een rijkswet. Grondwet voor het Koninkrijk der Nederlanden 2023 | 61