Pagina:Heemskerck op Nova Zembla.djvu/107

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
92
HEEMSKERCK OP NOVA ZEMBLA
 

„Wel nu nog mooier," riep Jacob, „en die zou nu naar onze sprengen gaan kijken. Wacht, dan zal ik het nog maar gauw even doen."

Maar in dien korten tijd was buiten alles veranderd. Het prachtige Noorderlicht was verdwenen en dichte sneeuwwolken vielen als witte, wollige vachten van den hemel, zoodat de scheepsjongen geen hand voor oogen zien kon en de deur maar weer dadelijk dichttrok.

Nog dienzelfden nacht raakten zij geheel ingesneeuwd.