Pagina:Heimans&Thijsse1896DoorHetRietland1stEdition.djvu/141

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

119

geur reeds bedwelmend werkt, en hoofdpijn en braking veroorzaakt—zooals wel beweerd wordt—is mij tot nog toe niet gebleken, al heb ik deze zomer ook heel wat tijd doorgebracht te midden van echte scheerlingbosschen.

 

Ik kan niet zeggen, dat ik een hekel aan de scheerling heb, al is hij ook nog zoo vergiftig. Met zijn forsche, wijdvertakte, dikwijls fraai bruinroodgekleurde stengel, zijn fijn verdeelde, frisch groene bladeren en zijn schitterend witte bloemschermen, vormt de plant een welkome afwisseling te midden van al de loodrechte, evenwijdige, vaalgekleurde oeverplanten.

Al zijn de bloempjes klein, de vereeniging van honderden ervan valt duidelijk in het oog. Ik schrijf daar "honderden" en dat doet me eraan denken, dat ik deze zomer een