Pagina:Heimans&Thijsse1896DoorHetRietland1stEdition.djvu/204

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

182

waarmee hij aan de stengel zat. Welnu, die steel is geen steel, dat is het voornaamste, het beste deel van de bloem, zonder die steel zou de orchideeënbloem geen bloem zijn, want het is het vruchtbeginsel.

Snijd het maar door, als ge het niet dadelijk gelooft, het zit vol zaadknoppen of eitjes, zoo als de zaadknoppen ook wel heeten.

Waarom dat ding zoo raar verwrongen is? Ge deedt beter te vragen, waardoor komt het vruchtbeginsel zoo verdraaid. Dat het niet altijd zoo was, bemerkt ge aan die twee nog gesloten bloemen, boven aan de tros. Daar is het recht; maar daar zit ook het bloemblad, dat bij het openen de lip zal worden, naar de stengel gekeerd. Dat mag niet, zoo als ge misschien al wel begrijpt; de ingang tot de spoor moet immers naar buiten zijn gekeerd, en niet naar de stengel. Wel, bij het openen draait elk bloempje zich eenvoudig, soms een heele, soms een halve slag om, daardoor wordt het vruchtbeginsel, waarmee het aan de stengel bevestigd is zoo spiraalvormig gewrongen, als een vaatdoek onder de handen van de keukenmeid. Wanneer ik nu eens aan u overliet, de meeldraden en de stamper op te zoeken, zoudt ge waarschijnlijk lang zoeken, lang gissen, en, als ge nog niet ingewijd zijt, ook lang missen.

Als ge geen bijzondere goede oogen hebt, neem dan nu een loep ter hand.

Boven de opening, die naar de spoor voert, ziet ge een langwerpig, vierkant vlakje; raak dat vooruitspringend zuiltje even met de top van de pink aan; het is kleverig; dat is de stempel. Van een stijltje, waarop de stamper van de meeste bloemen steunt, is hier niets te zien; het vruchtbeginsel hebben we al als bloemsteel dienst zien doen.

Boven dat vierkantje zit iets, als een heel kleine kom, en 't is ook werkelijk een kommetje; het is tenminste gevuld