Pagina:Heimans&Thijsse1896DoorHetRietland1stEdition.djvu/208

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

186

Sprengel stierf vergeten, net als zijn boek, tot er een man opstond, een zoeker en denker, waarop onze eeuw trotsch is.

Niemand minder dan Darwin, van wie ge misschien weleens hebt hooren spreken, heeft Sprengels werk weer opgegraven, en aan de nauwkeurige waarnemer de eer gegeven, die hem toekomt.

Dat gebeurde ongeveer vijf en twintig jaar geleden; en onlangs, juist een eeuw na de eerste, verscheen de tweede druk van Sprengels werk; nu als een feestuitgave in allerlei talen, als een monument voor de Spandawsche natuuronderzoeker.

Sprengel heeft ook onze orchidee jarenlang nagegaan. De zonderlinge, afwijkende bouw van de bloem, boeide zijn aandacht; eindelijk meende hij de beteekenis van de organen te begrijpen. Toch bleef de bloem een raadsel voor hem: er school een geheim in en dat wilde hij kennen.

Die stuifmeelklompjes, die kleverige zuil, die honiglooze spoor, waartoe zijn ze zóó en niet anders gevormd?

Sprengel vond doode vliegen kleven op de stempels; vond stuifmeelklompjes op tal van andere; zag verschillende insecten af en aan vliegen:

"Die domme vliegen! ze laten zich door de schijn verlokken," dacht hij. "Ze rukken het verborgen stuifmeelklompje uit de gesleufde doosjes en verliezen het op de breede, vochtige stempel, soms tegelijk met hun leven; en toch... waartoe dan die spoor?"

Hoe nauwkeuriger Sprengel trachtte waar te nemen, hoe minder hij tevreden was met zijn oplossing. Het ware geheim van de bouw der bloemen heeft Sprengel niet mogen vinden. Hij had nog maar één stap verder te doen, maar hij heeft die stap niet gedaan; daartoe was een grooter denker noodig, dat was aan Darwin overgelaten, die zich de arbeid, door Sprengel verricht, te nutte maakte.

De helderziende Sprengel heeft duidelijk en juist het verband