Pagina:Heimans&Thijsse1896DoorHetRietland1stEdition.djvu/74

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

56

ten wij ons bouquet ook wat meer geven. Ga maar naar de drogist en koop

1 G, kalisalpeter.
½ G, gips.
½ G. Engelsch zout.
½ G, phosphorzure kalk.

doe daar nog ½ G, keukenzout bij en los dat alles in 1 Liter water op. Niet alles lost op; er blijft een bezinkseltje van het gips en van de phosphorzure kalk, maar dat hindert niet. Zet ge uw takken in die oplossing, dan krijgen zij meteen een gevoel, alsof zij thuis zijn (aan den slootkant bedoelen ze) en ze groeien en bloeien er flink op los, als ze ten minste goed in het licht staan.

Gij hebt zoo de gelegenheid, om uw bloemen iedere dag waar te nemen.

Zoo kunt ge nagaan, dat iedere nieuwe bloem juist de plaats inneemt van de vorige, zoodat in het uiterlijk van uw bouquet schijnbaar geen verandering komt. Zet ook eens een paar takken buiten, om te zien of er insecten door worden aangelokt en ga eens na of ze de honig kunnen bereiken. Als ze daarin slagen, zullen ze waarschijnlijk de bloemen ook wel bestuiven, dat kunt ge daaraan merken, dat na eenige dagen de "eitjes" uit het vruchtbeginsel aanmerkelijk gegroeid zijn.

In de bloemen, die ge zorgvuldig binnen houdt, zult ge geen zaadvorming waarnemen, wel, als ge zelf met een penseeltje stuifmeel uit een helmknop op het bovenvlak van het tongetje gebracht hebt. Daarbij kunt ge nog onderzoeken, of het noodig is dat alle drie de tongetjes bestoven worden.

Bestuif in een bloem ook de stempels eens met stuifmeel, afkomstig uit de helmknop van hetzelfde poortgewelf en voorzie een andere van stuifmeel, afkomstig uit weer een