Pagina:Heimans&Thijsse1896DoorHetRietland1stEdition.djvu/88

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

70

heerlijkste stukje worm, dat er te krijgen is; zij talen er niet naar. Wrijf er hen mee aan de bek, zij klemmen hem des te vaster dicht, zoodat hun gelaat met de schuwe oogen en de afstaande nestharen een merkwaardige uitdrukking verkrijgt van verbolgen halsstarrigheid.

Wie dan ook jonge vogeltjes van jongsaf kweeken wil, moet zich van het nest meester maken, eer het met de kleintjes zoover is, eer ze "stiems" zijn, zooals de jongens in Overijsel zeggen. Ik kan echter niemand aanraden, daarmee te beginnen,

Jonge vogeltjes moeten de heele dag eten, en de oude doen niets anders dan voedsel aandragen. Wie ze verzorgen wil, moet zich dus eigenlijk ook de heele dag daaraan kunnen wijden.

Het gaat niet aan, ze te voeren om acht uur 's morgens, twaalf uur 's middags en dan nog eenige malen na vieren. Zij kunnen onmogelijk langer dan tien minuten zonder eten, en dat is al lang genoeg ook.

Daar staat tegenover, dat ze niet veel tegelijk kunnen gebruiken, en menig nestvogeltje is al het slachtoffer van de welmeenende maar misplaatste voeder-ijver van zijn pleegvader geworden.

Het beste is daarom, de nestjes te laten, waar ze zijn, en ze van tijd tot tijd zoo omzichtig mogelijk op te zoeken. De vogeltjes worden spoedig heel vertrouwelijk en blijven rustig op het nest zitten.

Maar, om op mijn rietzanger-avontuur terug te komen; toen ik een week later mijn moerasje weer bezocht, waren de gorzen al heel wat mans; van enkele nesten waren de jongen al vlug. Ze wipten overal door het riet en door de struiken en haalden zeker alle mogelijke gorzen-waaghalzerijen uit, te oordeelen naar het angstgeschreeuw van de oude luidjes, die in de toppen der elzen zaten te wibbelen