Pagina:Heimans&Thijsse1907VanVlindersBloemenEnVogels 3rdedition.djvu/14

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

10

ja, ze liep soms, dartelend als een hondje, om haar tegenstander heen, en snelde dan weer als een pijl uit de boog voorwaarts naar de eindpaal. Zoo had ze reeds verscheidene malen overwonnen; dat maakte haar overmoedig.

De laatste van de vrijers, Hippomenes, die zoo snel kon loopen als een renpaard, vreesde toch, dat er voor hem weinig kans bestond op een overwinning. En hij zou toch zoo gaarne met Atalanta getrouwd zijn, want hij kende haar reeds lang, en hield zeer veel van haar. Hij vroeg zijn vriendin, de Godin der Schoonheid, om raad, en Venus fluisterde hem in, dat hij van afstand tot afstand stukjes glinstrend goud op de renbaan moest strooien, voor dat hij de wedloop tegen het vlugge meisje ging wagen.

Hij volgde den raad van Venus op; zijn beurt kwam en Atalanta liet zich verleiden, telkens onder het voortsnellen even op te houden, om het stukje goud op te nemen, dat ze op haar weg naast zich zag glinsteren. Ofschoon ze wist, dat ze ditmaal met een niet te versmaden tegenstander te doen had, liep ze soms nog een eindje terug, om een flikkerend brokje op te rapen, dat ze al voorbij was gesneld. Daardoor lette zij niet genoeg op haar medelooper, en, toen ze meende, met een flinken sprong de eindpaal als overwinnares te zullen bereiken, klonk haar de triomfkreet van de gelukkige Hippomenes en het gejuich der toeschouwers in de ooren. Atalanta, de vleugelvoetige, was overwonnen.

Maar in plaats van haar belofte te houden, weigerde zij, en voordat men haar kon tegenhouden, snelde zij weg, de velden in. Men ijlde haar na, maar juist toen men zag, dat ze moe werd en meende haar te zullen inhalen bij een boschje hooge brandnetels, verdween ze voor de oogen van haar vervolgers. Men dacht, dat het weerspannige meisje zich in het hooge gras achter de netels had verscholen;