Pagina:HeimansEli1906WandelenEnWaarnemen.djvu/125

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

125

Eet smakelijk! Neen, als 't moet,—maar het moet gelukkig niet—dan nog liever de Escargots préparés, die er naast liggen.

Die zingen ten minste niet, die maken de wereld niet veel mooier en brengen meestal geen stemming in 't gemoed. Toch zie ik ze honderdmaal liever voortkruipen in 't gras tegen de wegkanten van Zuid-Limburg of achter Meerenberg, die forsche wijngaardslakken, in hun groote gebandeerde kalken huisjes, dan hier geprepareerd met iets groens in 't weeke lijf.

Bij tientallen heb ik ze van den zomer levend in handen gehad, de "kargotten" van de Epenaars. Ook die eten ze, (het zijn dan ook haast Belgen). Gelukkig alleen 's winters, anders hadden wij ze misschien als versnapering bij het ontbijt gekregen.

Ik heb er een paar meegenomen voor mijn tuintje en toen de eerste nachtvorst tusschen de huizen doordrong, hebben ze hun huisje dichtgemetseld met een wit beschot, maar één fijn gaatje, of een dunne stee eigenlijk, lieten ze open voor de luchtverversching. In een hoekje vond ik de eieren, groote glazen kralen onder dor blad, verborgen in een ondiep kuiltje; 't zou een winstgevend zaakje kunnen worden.

Met de rest van de étalage kan ook de sentimenteelste vrede hebben; de ganzebout, reepasteitjes, kaviaar en verdere "fijne vleeschwaren" misschien uitgezonderd; maar daar zie je toch ook 't dier niet meer in, en 't is een heele gratis les in vreemde talen, aardrijkskunde, natuurlijke historie, die daar voor de glazen ligt. Champignons en truffels, pampelmoes en pisang, gewone Hollandsche radijs en mispels naast echte marrons van Lucca, Sapucaya-nootjes, Chineesche kersen en West-Indische palmnoten, Italiaansche artisjokken en ananas van Malakka, granaatappels uit Andalusië, honig in de raat van