Pagina:Herman Gorter, Verzen (1890).pdf/34

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
vlak voor me, ik rook je teer vleesch,
je uitschijnend stillevend vleesch,
ik stikte in je oogenkijken
in dat tintelend bloote kijken
uit dat stil hoofdbewegen,
in dat trillen en dat bewegen
van je handen en je hoofd en je voet
zooals het aan me nu nog doet.
O kon ik maar vinden
het uitvlietend gezwinde
woordenriviersterrelsel
waarin ik het alles vertel
voordat ik weg ga sterven
in het leven waarin ik zoo zwerve.
Maar o schoone tintelkleure
die binnen de groote lichtdeuren
van den zonzomer is,
en al de lichtlichternis,
de hooge heilige mis
van de dagen,
en goudlicht en avondschijn
in de roode kamer die zijn,
waarin zij toen was
met haar lichaam als glas
zoo doorzichtig, zoo lichtig, wilt wezen
samen altijd uitgelezen