Deze pagina is proefgelezen
Ergens moeten toch zijn de lichte watren van haar oogen —
Mijn handen zijn zoo heete en drooge —
en het lichte water van haar stem —
mijn keel is in dorre klem.
Het kan toch zoo altijd niet duren
met de brandende uren —
mijn stem is schor,
mijn oogen dor.
met de brandende uren —
mijn stem is schor,
mijn oogen dor.