Pagina:Hertogenbosch en derzelver inwoners bij het begin der negentiende eeuw.djvu/15

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen
( 7 )

Vr. Zijn de Ketters (Proteſtanten[1]) ook onze Naasten?
Antw. Ja!
Vr. Waaröm?
Antw. Omdat zij ook de hemelſche glorie kunnen deelächtig worden.
Vr. Zijn de Zielen in het Vagevuur ook onze Naasten?
Antw. Ja! om dies wil, dat zij de glorie des Hemels verkrijgen.
Vr. Zijn de Duivelen in de Hel ook onze Naasten?
Antw. Neen! want zij kunnen nimmer de hemelſche glorie deelächtig worden.

deze Priester erkende zelfs enen Proteſtant voor zijnen Naasten, en ſtelde ten minſten de mooglijkheid van het zalig worden der Ketters.

Andere Priesters, gelijk ik meer dan éénmaal hoorde, verſchillen hiervan zeer veel in denkwijze, en vooräl heeft dit plaats onder de Roomſchen van allerlei ſtand (misſchien enige weinigen uitgezonderd) in de Meiërij. – Zij

A4
  1. Proteſtant, Geus, Ketter zijn bij de meeste, zelfs bij de beſchaafdſte Roomſchen, vooräl in de Meiërij, woorden van enerlei betekenis.