Pagina:Hertogenbosch en derzelver inwoners bij het begin der negentiende eeuw.djvu/39

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen
( 31 )

Het Bijgeloof, zo als het thands in de Meiërij plaats heeft, is waarlijk een ſchandvlek voor onze Natie en Vaderland; en zij, die hetzelve, naar alle waarſchijnlijkheid aanvuren (indien dit misſchien niet geſchiedde, zou het van lieverlede verminderen), zijn pesten in de Maatſchappelijke ſamenleving, die geheel uit dezelve moesten verbannen worden. "Het maakt," zegt van Geuns, "de Menſchen ten enemale onvatbaar voor de burgerlijke Vrijheid, was haar altijd vijändig, en daarentegen ene beſtendige Gezellinne van dwinglandij[1]." – – Laat mij hier nog één gezegde van enige waarlijk geleerde Mannen, doch die geheel onpartijdig zijn, ten bewijze en ter bevestiging van mijn gevoelen, bijvoegen: "Zo zeer als het Bijgeloof den Mensch zelven tot ſchande verſtrekt, zo gevaarlijk word het ook veeltijds voor het Gemenebest; want vermits de bijgelovige Menſchen zelve ſlaven van hunne vooröordelen zijn, terwijl zij, met enen geheel

blin-
 

    schikt wezen, om hen waarlijk tot Menſchen te hervormen; maar – het is door Proteſtanten geſchreven, en derhalven – verbonene waar.

  1. Ter aangeh. plaatze. Bl. 162.