Pagina:In Het Jaar 2000 (Bellamy1890).djvu/16

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

8

herinnering van hunne overgrootmoeders mij in staat stelt vol te houden, dat geen misvorming door kostuum haar geheel kan bedekken.

Ons huwelijk wachtte alleen op de voltooiing van het huis dat ik voor ons liet bouwen in een van de meest begeerde gedeelten van de stad, namelijk in een gedeelte hoofdzakelijk door rijken bewoond. Want men moet begrijpen dat de betrekkelijke gezochtheid van de verschillende buurten van Boston om te wonen, niet afhing van eenige natuurlijke eigenschappen, maar van de soort van de bevolking. Elke klasse of natie leefde op zich zelf, in hare eigen wijken. Een rijkaard bij de armen, een ontwikkeld man bij de onwetenden, was als iemand die in afzondering leefde te midden van een naijverig en vreemd ras. Toen het huis begonnen werd, rekende men er op dat het tegen den winter van 1886 gereed zou zijn. In de lente van het volgende jaar was het evenwel nog onvoltooid en mijn huwelijk een zaak van de toekomst. De oorzaak van een uitstel dat bijzonder onaangenaam was voor een vurig minnaar, was een reeks van werkstakingen, dat wil zeggen, overeengekomen weigeringen om te arbeiden door opperlieden, metselaars, timmerlieden, schilders, loodgieters en andere beroepen bij het bouwvak betrokken. Wat de juiste oorzaken van die stakingen waren, herinner ik mij niet. Werkstakingen waren toen zoo algemeen geworden, dat de menschen niet meer informeerden naar hunne bijzondere aanleiding. Onverschillig in welken tak van nijverheid, hadden zij bijna onafgebroken geduurd sedert de groote crisis van 1873. Inderdaad was het een uitzondering geworden, eenige klasse van werklieden hun beroep voor langer dan eenige maanden, rustig te zien doorzetten.