Pagina:KapitaalEnArbeidinNederlandDeel1HRH2ndEd.djvu/158

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

154

zekeren zin monopolie zijn, d.w.z. niet, althans wat tabak aangaat niet in een bepaalde kwaliteit, op een gegeven moment naar welgevallen vermeerderd kunnen worden.

Het koloniaal-kapitalisme nam voor deze nieuwe produkten, vooral nadat de krisis van '84 de banken huiverig tot het geven van voorschotten had gemaakt, bij voorkeur den vorm aan der naamlooze vennootschap. In de jaren tusschen '84 en '95 werden in Nederland en Indië samen, 227 van deze vennootschappen opgericht met een kapitaal van bijna 123 millioen gulden. Door dezen kapitaal-vorm werd het koloniaal bezit ook voor kleinere kapitalen waardevol en het koloniaal kapitaal een integreerend deel van het Ned. kapitalisme: van ieder bestaand kapitaal kan een grooter of kleiner deel de zee oversteken, om vermeerderd met de door de koelies voortgebrachte meerwaarde terug te keeren en zijn rente of dividend te storten in de zakken van den Ned. obligatie- of aandeelhouder.

De oudste dezer naamlooze vennootschappen, de meest bekende ook, en als het ware het klassieke type van een wèlgeslaagde moderne koloniale onderneming, is de Deli-maatschappij. Zij komt, nadat de uitstekende kwaliteit ter plaatse van den grondstof, de tabaksplant, bij toeval werd ontdekt, tot stand in 69 met Ned. kapitaal en wordt weldra uitgebreid door den steun der al meer als bankinstelling fungeerende Handelsmaatschappij. Van 1315 pakken in '70, stuwt zij haar produktie op tot bijna 50.000 pakken in 1890. Acht jaar achtereenvolgens keert zij ruim 100 % uit aan de aandeelhouders. Zij kweekt millionairs; haar resultaten wekken den ondernemingszin op, en de