Pagina:Kautsky 1900 nl Economische Theorie Marx.djvu/95

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

81

manufactuur, die onafgebroken aan dezelfde plaats met hetzelfde werktuig aan één stuk door voortwerkt. Van den anderen kant liggen in de wisseling van werkzaamheid een ontspanning en bekoring, die den deelarbeider ontbreken.

De verdeeling van den arbeid in de manufactuur ontwikkelt niet slechts de behendigheid van den arbeider, zij heeft ook een vervolmaking zijner werktuigen ten gevolge. Een werktuig dat voor de meest verschillende verrichtingen moet dienen, kan niet voor elk daarvan volkomen geschikt zijn; een werktuig dat uitsluitend bij één enkele verrichting wordt aangewend, kan hiervoor in het bizonder gemaakt worden en dus veel beter zijn dan de vroegere werktuigen.

Al deze omstandigheden hebben een belangrijke stijging van de voortbrengingskracht van den arbeid in de manufactuur, vergeleken bij het handwerk, ten gevolge.

 
2. De beide grondvormen in de manufactuur.
 

Wij beschouwden tot dusver den dubbelen oorsprong der manufactuur en haar enkelvoudige elementen, den deelarbeider en zijn werktuig. Wenden wij ons thans tot het uit die deelen samengesteld geheel.

De manufactuur bezit twee scherp van elkaar onderscheiden grondvormen, die uit den aard van het product voortkomen. Dit wordt hetzij uit een reeks van zelfstandige deelproducten in-elkaar-gezet, hetzij gevormd in een reeks van met elkaar samenhangende handgrepen en verrichtingen, die echter alle achtereenvolgens op hetzelfde arbeidsvoorwerp toegepast worden.

Wij kunnen elk dezer beide grondvormen van de manufactuur met een beroemd voorbeeld toelichten. Sir William Petty maakt de arbeidsverdeeling, gelijk zij in de manufactuur bestaat, aanschouwelijk met de klokkenfabricatie, die tot den eerstgenoemden grondvorm der manufactuur te rekenen is. In het handwerksbedrijf was de klok oorspronkelijk het product van den arbeid van één arbeider, die haar van het begin tot het einde zelf vervaardigde. Zoodra de klokkenfabricatie aan het kapitalistische bedrijf onderworpen was, werd de vervaardiging van elk bestanddeel der klok aan een bizonderen deelarbeider toegewezen, en evenzoo het in-elkaar-zetten van het geheel. Men heeft veerenmakers, wijzerplaatmakers, kastenmakers, wijzermakers, tappenmakers, enz. eindelijk den repasseur die de geheele klok in-elkaar-zet en haar in geregelden gang brengt.

Een voorbeeld van den tweeden grondvorm der manufactuur heeft Adam Smith ons gegeven in zijn beroemd geworden beschrijving der speldenfabricatie, gelijk die in zijn tijd bestond. "De eene mensch trekt den draad", zegt hij, "de andere strekt hem, de derde snijdt hem in stukken, de vierde maakt de punten daaraan, de vijfde slijpt ze aan het andere eind waarop de kop gezet moet worden. Het maken van den speldekop vereischt zelf twee of drie van elkaar verschillende verrichtingen. Den kop op de speld zetten, is een afzonderlijke arbeid,—de spelden blank te maken een andere. Het is zelfs een bizondere tak van arbeid om de spelden in de papieren te steken. En zoo is het vervaardigen van een speld in achttien afzonderlijke verrichtingen

5