Pagina:Land en volk van Sumatra (1916).djvu/196

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

150

enkele volken is een geval als dit bijna het eenige, dat een man meer dan ééne vrouw heeft. Op verschil in leeftijd wordt bij het erven van zulk eene vrouw niet gelet.

Dit huwelijk heet leviraatshuwelijk. De Sumatraan noemt het minder deftig ganti tikar, van slaapmatje verwisselen. Het komt voor op Nias, bij de Bataks, de Loeboes, de Gajō's en de Redjangers die, hoewel van Minangkabausche afkomst, het matriarchaat hebben laten varen.

Bij de Gajō's is het leviraatshuwelijk geenszins algemeen. Als de weduwe nog jong is, tracht men haar te doen huwen met een broer of een neef' van haar overleden man of met een adoptiefzoon, teneinde haar in de familie te houden.

Bij de Bataks gaat het leviraatshuwelijk ook niet meer consequent door. Een broeder behoeft nooit zijns broeders weduwe, noch een zoon zijne stiefmoeder te huwen. Wel rust op hen de onderhoudsplicht.


Schaking.

Ben gevolg van de moeielijkheid om de djoedjoer bijeen te krijgen zijn de huwelijken door middel van schaking. Het meisje laat zich schaken, haar ouders worden voor een fait accompli gesteld en de zaak loopt af met eene gedeeltelijke betaling van de koopsom en een verzoeningsmaaltijd.

Bij de Bataks komt schaking al naar de streek eene enkele maal voor of is zij bijna regel; bij de Redjangers heeft zij veel plaats, doch daar is het dikwijls eene schaking in schijn. Bij de Gajō's wordt schaking geduld, doch streng behandeld. In Böbasan is zij niet toegelaten. Ook de Loeboes kennen dezen huwelijksvorm niet. Ernstige gevolgen, zooals langdurige familie-veeten of oorlogjes, heeft de schaking op Sumatra niet. Het feit is strafbaar bij de wet, doch vormt een z.g.n. klacht-delict, alleen vervolgbaar op klacht der beleedigde partij. Waar de schaking dus een adatinstituut is en door de verwanten der vrouw geen klacht wordt ingediend, blijft de rechter er buiten.


Adoptie.

Waar het patriarchale stelsel bestaat, wordt het gemis van een