Pagina:Land en volk van Sumatra (1916).djvu/397

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

321

goedkoop en werd mede in overvloed geteeld in Atjeh, waar geen monopolie-opkoop bestond. Maar toch bleef het bezit van Bengkoelen voor de Engelschen van veel waarde, omdat zij van hier uit het Hollandsche handelsmonopolie van enkele winstgevende artikelen, opium vooral, konden bestoken.


De andere posten op Sumatra gaan over aan de Engelschen.

Tijdens den 4den Engelschen oorlog (1780–1784) verschenen eenige Engelsche Compagniesschepen voor Padang, dat zonder slag of stoot werd overgegeven (1781); de andere posten volgden. Bij den vrede kregen de Nederlanders hun bezittingen op de Westkust weer terug.

De ontredderde Compagnie bemoeide zich niet meer met hare dure en nuttelooze posten op de Westkust, en toen in 1795 de oorlog van de Republiek met Engeland weer uitbrak, gaf de plaatselijke bestuurder te Padang de stad aan de Engelschen over als gevolg der stadhouderlijke proclamatie, waarbij de Koloniën onder de bescherming der Engelsche kroon werden gesteld. De andere posten op Sumatra volgden; Palembang, als onderhoorigheid van Java, het laatst, in 1811.

Toen Sultan Mahmoed Badroeddin van laatstgenoemd rijk vernam, dat Java aan de Engelschen was overgegeven, overviel hij ons fort en deed bijna alle Nederlanders vermoorden. Op last van den Luitenant-Gouverneur Raffles veroverde Gillespie de stad Palembang; Badroeddin vluchtte en diens jongere broer Ahmad Nadjmoeddin werd Sultan; bovendien werd Palembang gedwongen de eilanden Bangka en Blitoeng aan de Engelsche O.I. compagnie af te staan.


Restauratie.

Bij de conventie van Londen van 13 Augustus 1814 werd de teruggave der door Engeland voor Nederland bewaarde koloniën geregeld, doch door den loop der gebeurtenissen in Europa duurde het tot 1816 eer men begon de verschillende onsamenhangende posten weer in Nederlandsche handen te brengen. De LuitenantGouverneur van Java Sir Thomas Stamford Rafrles legde in dat jaar zijne waardigheid neer, vertrok naar Europa, en kwam in 1818 terug naar Indië als Luitenant-Gouverneur van Bengkoelen.

Raffles was een man van buitengewone bekwaamheid. Zijn haat