Pagina:Marcellus Emants - Een nagelaten bekentenis (1894).djvu/72

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

toneel en in boeken—voor dergelijke daden slechte, ten minste onverdedigbare motieven aannemen.

Ondervinding van anderen opdoen en zelfkennis verkrijgen zijn echter twee zeer verschillende middelen om wijs te worden, die hoogst zelden door een en dezelfde persoon in toepassing worden gebracht. Nu ik het aantal normale mensen zo groot niet meer en dus de normaliteit der meesten zo benijdbaar zuiver niet meer acht, komt het me waarschijnlijk voor, dat zelfkennis altijd tot pessimist maakt, ondervinding van anderen alleen dan, als men zich zelf en zijn ervaring niet voor een mooie uitzondering houdt op een lelijke regel.

 

Te Amsterdam aangekomen, namen wij kamers in hetzelfde huis en nu woei de lust me aan om in de morgenuren, die ik eenzaam moest doorbrengen, ook een studievak ter hand te nemen. Misschien was dit het uitvloeisel van een onberedeneerde vrees, dat het overwicht op van Dregten me ontglippen zou, indien ik me op intellectueel gebied niet wist te doen gelden. Ik besloot weer te gaan schrijven; maar nu anders dan de eerste keer. Ik wilde een ernstige studie maken van nieuwere wijsbegeerte en physiologie. In deze ging de stuwende kracht van mijn behoefte aan zelfkennis uit. Hoe alles was en werd boezemde mij slechts in zoverre belang in, als ik wilde weten, waaraan Willem Termeer zijn eigenaardigheden te danken had en welke plaats hem toekwam onder zijn medemensen. Was ik werkelijk in één of meer opzichten een uitzondering, een abnormaliteit en zo ja, in hoeverre dachten, voelden, streefden, vermochten de normale naturen meer of minder dan ik? Om deze quaestie op te lossen las ik zowel wetenschappelijke als belletristische werken en altijd beheersten me daarbij de vragen: ben ik zo; val ik in die rubriek; is dit nu mijn geval; zou ik daartoe in staat zijn? De antwoorden waren steeds even vernederend als verlammend; maar het troosteloze van die uitkomst heeft mij er niet toe gebracht aan de juistheid te twijfelen. Ik hield en houd me voor een degeneratie.

68