Pagina:Mark Twain, De Lotgevallen van Tom Sawyer (1920).pdf/172

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

verloren te doen gaan. De meester had het boek geopend. Het was te laat; er was niets aan te doen; Becky was reddeloos verloren!

Het volgende oogenblik zag de meester zijne leerlingen in het gelaat, met een blik, die al de kinderen de oogen deed neerslaan. Gedurende tien tellen heerschte er een angstige stilte, waarin de meester kracht tot toornen verzamelde. Toen sprak hij:

‘Wie heeft dit boek gescheurd?’

Er werd geen geluid vernomen. Men zou een speld hebben kunnen hooren vallen. De meester zag gezicht voor gezicht aan, om teekenen van schuld te ontdekken?’

‘Benjamin Rogers, hebt gij dit boek gescheurd?’

Een ontkennend antwoord, gevolgd door een pauze.

‘Jozef Harper, gij?’

Weder een ontkennend antwoord. Tom werd onder de kwelling van den langzamen voortgang der zaak, hoe langer hoe onrustiger. De meester onderzocht nauwkeurig de lange rijen jongensgezichten en wendde zich toen tot de meisjes.

‘Amy Lawrence?’

Een ontkennend hoofdschudden.

‘Gracie Willer’

Hetzelfde gebaar.

‘Suze Harper, hebt gij het gedaan?’

Weder een ontkennend antwoord. Het volgende meisje was Becky Thatcher. Tom beefde van het hoofd tot de voeten.

‘Rebekka Thatcher’ - (Tom keek naar haar gelaat; het was bleek van angst) ‘hebt gij, - neen, zie mij aan’ - (zij hief de handen smeekend omhoog) - ‘hebt gij dit boek gescheurd?’

Snel als de bliksem schoot Tom eene gedachte door de ziel. Hij sprong op en gilde: