Pagina:Proteus, ofte, Minne-beelden verandert in sinne-beelden (IA proteusofteminne01cats).pdf/31

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

AANDE
Zeeusche Ionk-vrouwen:

GESCHREVEN
Gheduerende den voorleden stil-stant van
wapenen.

Ghy, Zeeus en soet geslacht; ghy, Venus lantgenooten,
(Want Venus is wel eer oock uytter zee gesprooten)
Ghy, die met Venus hebt het eygen Vaderlant,
Het eygen geestig oogh en minnelijck verstant;
Jonckvrouwen, aerdig volck, die, met verholen krachten,
Een onbekenden brant ontsteekt in ons gedachten,
Die, met uw soet gelaet en lodderlijck gesicht,
Een droeve ziel geneest, een treurig hert verlicht;
Aen u komt dit geschenk, een beelt der ganscher eerden,
Dat Venus sone bout en Venus hout in weerden;
Aen u komt dit geschenk, de gantsche werelt-kloot,
Die al haer voetsel raept alleen uyt uwen schoot;
Aen u komt dit geschenk; in u leyt doch verborgen
Een ander Vaderlant, dat eenmael, schier of morgen,
Sal toonen sijnen glans hier in het aertsche dal,
Als ons het duyster graf gevangen houden sal.
Dit kint, dit wonder kint, komt naer u toegestreken,
Want ’t heeft u (soo het schijnt) wat sonderlinx te spreken:
Het komt u seggen aen, in ronde Zeeusche tael,
Al wat’er ommegaet in Venus gulden sael.